Naar het overzicht
van Veenhuizense weeskinderen
Na het boze besluit van koning
Willem I moet ook Zeeland weeskinderen naar Veenhuizen zenden. De
subcommissie van weldadigheid te Middelburg is zo aardig om voor
de Heeren Burgemeester en Wethouders van de stad het transport te
organiseren. Op 18 maart 1825 schrijft de subcommissie aan
de permanente commissie in Den Haag, invnr
72, en vul dan rechtsonder het scannummer 779 in:
De Stedelijke Subcommissie van Weldadigheid te Middelburg, op verzoek van Heeren Burgemeester en Wethouders van die Stad, zich belast hebbende, om door hare tusschenkomst te doen plaats hebben de opzending van zestien kinderen naar de Colonie der Maatschappij, heeft de eer, onder toezending van eene stamlijst en notitie der door hun medegenomen kledingstukken, ter kennis der permanente commissie te brengen, dat de gemelde kinderen op den 20sten dezer van deze Stad naar Amsterdam zullen afreizen.
Hoezeer deze opzending niet als gewoonlijk ten gevolge van een bijzonder contract zal geschieden, maar een daadlijk uitvloeizel is, van de bepalingen, bij een Besluit van Z. M. van 15 Jan. ll. voorgeschreven, heeft de subcommissie nogtans gemeend, zich niet te mogen onttrekken aan het verlangen van het Stedelijk Bestuur, hetwelk aan deze wijze van opzending boven iedere andere de voorkeur gegeven heeft, en daarbij de verzekering heeft gevoegd, dat alle de kosten daarop vallende, van Stadswege zullen worden terugbetaald, weshalven de Subcommissie dan ook de vrijheid neemt, de Permanente Commissie te verzoeken, dat dezelve aan den kassier der Maatschappij te Amsterdam, de nodige autorisatie gelieve te verleenen, om ten aanzien van de verzorging en verdere afscheping der kinderen, op gelijke wijze te handelen, als in gewone gevallen geschied.
De Stedelijke Subcommissie voornoemd,
namens dezelve,
J. van der HorstSekle,
secretaris
Ze vertrekken dus zondag 20 maart en ze zullen in Veenhuizen
aankomen op maandag 28 maart. Tegenwoordig doen we daar met de
intercity vier uur over. Bij de brief gevoegd is een staat met de
namen van de kinderen en de kledingstukken die ze dragen, invnr
72 en vul rechtsonder het scannummer 802 in. Het opschrift
van de staat luidt:
Notitie van Kleedingstukken welke door den onderstaande kinderen naar de Kolonien der Maatschappij van Weldadigheid worden medegenomen
De lijst zelf heb ik een beetje aangepast. Er staat bij Johannes
Pleijtenaar een aantekening dat hij geen wees is maar een verlaten
kind. Blijkbaar leidt dat tot een ander, en beter kledingpakket.
Eerst de jongens:
Putte, Cornelis van der Mulder, Cornelis Roelofs, Willem Hendrik Tinis, Johannes Lodewijk Mulder, Hendrik Vroom, Jacobus Nulders, Franciscus Wilhelmus Ingen, Jan Pieter van Gerritse, Adriaan Jobse, Andries Albregt, Pieter |
Een karsaaije buis Een dito broek Een paar schoenen Een linne hemd Een paar kousen Een das Een hoed |
Pleijtenaar, Johannes |
Een karsaaije buis Een linne dito Twee linne broeken Een hemd Een paar kousen Een paar schoenen Een pet Een hoed |
Dan de meisjes:
Vroom, Cornelia Wissekerke, Sara Jacoba van Wissekerke, Lena Pieternella van Schoppens, Catharina Frederika |
Een karsaaije jak Een dito rok Een taarlinge schort Een linne hemd Een dito halsdoek Een zak en zakdoek Een paar schoenen Een paar kousens Een zwarte en een witte muts |
En de staat wordt afgesloten met de mededeling:
Aldus opgemaakt bij ons Burgemeester en Wethouders der Stad Middelburg, den 18 maart 1825
Ik zal de diverse kinderen uit dit stuk nog nalopen, maar dat
gaat stukje bij beetje. Zie helemaal bovenaan de pagina hoe de
scans van de hieronder genoemde wezenregisters te bereiken zijn.
Cornelis van de Putte
Cornelis Mulder
Willem Hendrik Roelofs
Johannes Lodewijk Tinis
Hendrik Mulder
Jacobus Vroom
Franciscus Wilhelmus Nulders
Jan Pieter van Ingen blijkt een kanjer qua werkzaamheid te zijn
en over hem is meer te vinden, zelfs een hele pagina.
Adriaan Gerritse
Andries Jobse
Pieter Albregt
Johannes Pleijtenaar
Cornelia Vroom
Sara Jacoba van Wissekerke
Lena Pieternella van Wissekerke staat ingeschreven met de
geboortedatum 10 april 1812, maar dat moet 1813 zijn.
Catharina Frederika Schoppens