Proces Verbaal van het verhandelde bij den Raad van Discipline bij het 1ste Etablissement te Veenhuizen

Zaturdag den 22e Augustus 1829


Door de President is ingevolge het Reglement van Tucht voor de gestichten van weezen, vondelingen en verlatene kinderen, eene Raad van Tucht geformeerd en daartoe benoemd den Onderdirekteur van het Binnengesticht J.H.Textor, den Onderdirekteur der Buitenkolonie Kuipers, de zaalopzieners Vrieze en Kloekers, tot leden van dezelve, den Boekhouder van het Binnengesticht F Holsteyn tot Sekretaris.

De Raad door den President geconvoceerd zijnde waaren alle leden tegenwoordig uitgenomen den Onderdirekteur der Buitenkolonie Kuipers, welke absent was.

Door de President zijn de aanwezende leden bekend gemaakt met den inhoud van het Reglement van Tucht gearresteerd door den Permanente Kommissie van den Maatschappij van Weldadigheid dd 8 july 1829. - waarvan aan ieder der leden afschrift is uitgereikt, met verdere bepaling dat in iedere zaal een diergelijke zal moeten voorhanden zijn ten einde maandelijks aan de weezen te kunnen worden voorgelezen.

Wijders is door de President ter tafel gebragt en voorgelezen eene aanklagte tegen de weezen Johs Hermanus Lenting en Fredrik Arends welke op den 13 augustus door een Policie Beambte der Stad Arnhem zijn terug gebragt, naa afwezigheid van langer dan 3 maanden desertie.

De Raad heeft de beschuldigden voor zich doen komen ten einde dezelve te horen in hunne middelen van defensie.

De beschuldigde hebben daarop verklaard hoegenaamd niets ter hunner verontschuldiging te kunnen inbrengen, maar met voorbedachten rade te zijn gedeserteerd.

Waarop de Raad besloten heeft zoo als dezelve besluit bij deze:

De beschuldigden ingevolge artl 4 te verwijzen tot zes dagen opsluiting in de strafkamer om den anderen dag te water en brood.

Verlangende de Raad dat hieraan onverwijld executie zal worden gegeven

Gedaan te Veenhuizen de dato als boven
De Raad voornoemd
Poelman vz
Textor
L. Vrieze
J.H. Kloekers
F. Holsteijn, Sekr:

BRON:
Drents Archief, toegang 0186, invnr 1618

Notities bij het zittingsverslag