Naar het overzicht
van stukken over SUBCOMMISSIES




De subcommissie van weldadigheid te Leiden

Leiden meldt op 24 juli 1818 dat er in de stad een subcommissie van weldadigheid is opgericht, zie hier.


September 1826: Klagen over dorpscommissies

In een brief dd 21 september 1826, invnr 81, behandelt de subcommissie diverse onderwerpen, waaronder de nalatige dorpscommissies:

Leijden, 21 Sept 1826

In antwoord op UEds geëerde in dato 30 junij j.l. over de nalatige dorpssubkommissien en de ons toegezonden kopijen van de missiven van sommigen derzelve, hebben wij de eer te antwoorden, dat in onze laatste, onlangs gehouden vergadering, de bewuste kopijen (wier aantal het ons verwonderd heeft, in deze drie maanden nog niet door UEd te hebben zien vergrooten) zijn voorgelezen, en door mij met de navolgende, ook voor UEd belangrijke, informatien, voorzien zijn, welke niet volkomen met de verontschuldigen der Heeren Schouten strooken.

– Aarlanderveen heeft nooit verantwoord, hoewel in jan 1820 de toenm secretaris, de Heer Blussé, den Schout Hana voor 1819 en 1820 quitt. in blanco gezonden heeft.

– Alkemade is slechts ééne dubbele contributie van den Schout van Veen, van f 5.20. -’t laatst betaald 1820. resteren 1821-1826

– Noordwijkerhout, de Schout Cramens, eenig contribuant, heeft het laatst in junij 1822 voor 1820 en 1821 afbetaald, resteren 5 jaren.

De nalatigheid is groot en hangt, onzes bedunkens, zeer veel van de werkdadigheid der H. H. Schouten af.

Wij vermeenen te weten, dat op de laatste Alg Vergad., Z.K.H. de Prince, ernstige rapporten over de nalatigheid van velen derzelven in ’t algemeen, gedaan zijn; en daar het Z.K.H. niet te vergen is, eene nieuwe drangmissive zelve te onderteekenen, hetgeen zeker veel zoude helpen, - geven wij in bedenking, wat een vernieuwd aanschrijven wel zou kunnen uitwerken, namens de Perm. Komm., waarin den Dorpscommissien het ernstig misnoegen van Z.K.H. werd geuit, met bedreiging of vermaning vergezeld.

Zoo iets van hoogerhand of direkt of indirekt afgedaald zou, onzes achtens, iets uitwerken; want de nalatigh. en onwilligheid van sommige Schouten, zelfs voor hun eigen persoon, is alleronaangenaamst.

Zoo heb ik reeds 4 weken geleden over de invordering in het zedert eenige tijd met ons vereenigd kanton Woerden aan den secretaris der subkommissie aldaar geschreven, zonder eenig antwoord te erlangen; mag ik deszelfs naam en den tijd tot welke hij bij UEds zelven misschien aangezuivert mogt hebben, van UEd bij gelegenheid vernemen?

De aan het hoofd dezes vermeldde miss. van 30 junij behelsde ook het ontslag van Kl. v.d. Bos. Ter zijner vervanging dragen wij het huisgezin van Gerrits, waarvan de Staat hiernevens gaat, UEd voor, terwijl wij onze verwondering niet ontveinzen, dat wij tot heden toe nog geene vergunning ontvangen hebben, om voor onze contrib. over 1825 een huisgezin als naar gewoonte te plaatsen.

Eindelijk: we zagen met genoegen in de Star voor dit jaar no.VIII, blz. 621 de vermelding van het legaat van “wijlen Jonkvrouwe E.M.A.Temminck, welke bij haar leven, hetwelk d. 29 meij d j is opgehouden”. Maar behalve deze vreemde uitdrukking, verwonderde ons, dat hare woonplaats verzwegen is.

Namens de Leijdsche subkommissie,
T. Bodel Nijenhuis

P.S. Het is ons leed, dat we de vacature van v.d. Bos niet vroeger hebben kunnen vervullen. Mogen we op spoedige goedkeuring aandringen; de menschen behoeven zulks zeer.


Bijgevoegd is een staat van het gezin van Gerrits dat volgens mij nooit in de kolonie terecht is gekomen:

Staat van het personeel des huisgezins van Franciscus Gerrits, bestemd om in de vacature van Kl.v.d.Bos uit Leijden te worden opgezonden naar Veenhuizen, Sept 1826.

Achtereenvolgens Namen en voornamen, Ouderdom, Beroep, Godsd. (allemaal R.Catholiek), Woonplaats (allemaal Leijden), Aanmerkingen (de man is nog zeer snel en fiks voor zijne jaren zonder gebreken).

Gerrits, Franciscus, 64, schoenmaker
Kuisers, Lena, 41, spinster

Kind.
Lisabeth, 16
Catharina, 12
Franciscus, 7
Maria Helena, 15 maanden

Als reactie schrijft de permanente commissie 16 oktober 1826 aan de burgemeesters van Aarlanderveen, Alkemade en Noordwijkerhout en zendt ze 19 oktober een circulaire aan tien andere dorpen. Ze beantwoordt Leiden 16 oktober.