Naar het overzicht
van stukken over de proefkolonie





Cornelis Hogenbirk en Elisabeth Burks worden eerst arbeidershuisgezin in Veenhuizen en daarna hoevenaar en blijven die bevoorrechte positie houden

Cornelis Hogenbirk is volgens de kolonieadministratie geboren 11 of 14 augustus 1806, hoewel bij de inschrijving in Veenhuizen het jaartal 1805 genoemd wordt. Hij is dus 12 à 13 jaar oud als zijn ouders in Frederiksoord aankomen. Zie over die eerste periode op deze pagina.

In de periode van 1825 tot 1830 wordt hij tot twee keer toe opgeroepen voor de Nationale Militie, zie op deze pagina. Op 5 maart 1830 is hij definitief terug en heeft dan blijkbaar verkering gekregen:

Huwelijk

Op de zitting van de kleine raad van 5 juni 1830 verschijnt eerst 'Cornelis Hoogenberg, van kol 2, zoon van de wed. Hoogenberg, verzoekende, onder goedkeuring zijnen moeder, het ontslag van de kolonie, hebbende hij den ouderdom van 23 jaren bereikt'.

En meteen daarna 'Vrouw Burks van Wateren, verzoekende het ontslag van de kolonie voor hare dochter Elisabeth Burks, oud 19 jaren, die, met toestemming haren ouders, trouwen zoude met Cornelis Hoogenberg van de kolonie N2.' Zie over de familie Burks deze pagina.

Op het moment dat de kwestie wordt voorgelegd aan de directeur heeft de permanente commissie blijkbaar al gezegd dat het goed is.

Elisabeth moet ten tijde van die kleine raadzitting al zwanger zijn, want het eerste kind volgt zeven maanden later. Het huwelijk laat echter nog tot 20 juli 1833 op zich wachten, misschien omdat Cornelis dan 'fuselier' is, dus blijkbaar opnieuw in dienst moest. Waar ze dan wonen is niet bekend.

Veenhuizen

Per 9 juni 1834 krijgen ze een woninkje voor een arbeidershuisgezin te Veenhuizen. Zie enige algemene opmerkingen over de bewonerscategorie arbeidershuisgezinnen.

Ze staan in de registers van arbeidershuisgezinnen met de invnrs 1573, 1574 en 1575. Daarvan zijn scans. Volgens die registers wonen ze in woning 3 van het derde gesticht, maar later staat er dat ze wonen in een 'hut in de veenderij'.

Uit die registers neem ik de gezinsgegevens over:

Gezinssamenstelling

Cornelis Hogenbirk, gegevens zie boven. Met echtgenote:

Elisabeth Burks, geboren 21 maart 1811. Ze komen in Veenhuizen aan met één kind:

Cornelis Hogenbirk, geboren 10 januari 1831 in Diever. In latere registers staat hij als Cornelis Burks. Dat klopt niet, hij is weliswaar vóór het huwelijk geboren, maar hij is bij het huwelijk gewettigd.

In Veenhuizen komen daar bij:

● Johannes Hogenbirk, geboren 29 juni 1834,
● Gerrit Hogenbirk, geboren 2 augustus 1837, maar hij overlijdt 5 februari 1854,
● Elisabeth Hogenberk, geboren 1 april 1840,
● Pieter Hogenberk, geboren 21 april 1842,
● Franciscus Hogenbirk, geboren 30 oktober 1844,
● Catharina Frederika Hoogenberk, geboren 17 oktober 1847,
● Jannetje Hogenberk, geboren 8 mei 1850,
● Giliam Hoogenberk, geboren 2 november 1852,
● Gerrit Hogenbirk, geboren 24 augustus 1855
● Jan Hogenberk, geboren 5 maart 1858, maar hij overlijdt 11 april 1858.

Hoevenaar

Op 10 oktober 1836 wordt Cornelis gepromoveerd tot het hoogste dat een kolonist kan bereiken, hij wordt aangesteld als hoevenaar en het gezin verhuist naar een van de grote boerderijen op het terrein rond de gestichten in Veenhuizen. Ze staan in het register van hoevenaars met invnr 1582. Daarvan zijn geen scans.

Volgens die inschrijving bewonen ze boerderij nummer 6. Aangetekend is 'bevorderd tot wijkmeester', maar er staat geen datum bij. Er is ook geen vermelding van in de personeelsregisters.

De inschrijving loopt door in het register met invnr 1583 (ook geen scans) waar wild gekras in de kantlijn doet veronderstellen dat ze of heel vaak verhuizen naar andere boerderijen of hun boerderij steeds hernummerd wordt.

Wijkoverste

In de geboorteakte van Jannetje in 1850 staat als beroep van vader Cornelis Hogenbirk dat hij 'wijkoverste' is. Dat is de eerste en enige keer dat ik die functienaam tegenkom. Bedoeld zal zijn wijkmeester, maar in invnr 1583 is die functie doorgestreept.

Zoon Cornelis Burks of Hogenbirk, die van 1831, verlaat de kolonie met ontslag op 13 januari 1855.

Zoon Johannes Hogenbirk vertrekt 1 maart 1857, maar keert terug op 18 juli 1857, voordat hij definitief weggaat op 14 november 1857.

Ommerschans

Op 4 november 1859 worden Cornelis Hogenbirk en de zijnen 'als hoevenaar met zijn gezin overgeplaatst naar de Ommerschans'. Omdat broer Pieter daat al zit, zie hier, zijn er nu twee grote boerderijen rond de Ommerschans in handen van de Hogenbirks.

Bij besluit van 28 juni 1860 is dochter Elisabeth Hogenberk 'voor een onbepaalden tijd verwezen naar de zalen in het gesticht te Ommerschans'. Op 2 juli 1861 wordt besloten: 'Elisabeth kan in het gezin harer ouders worden teruggeplaatst.' Het hoe en waarom van dit alles weet ik niet.

Ambtenaar

Eind 1859 neemt de Staat de gestichten te Ommerschans en Veenhuizen over van de Maatschappij van Weldadigheid, zie ook hier. Dat heeft onder andere tot gevolg dat de hoevenaars de status krijgen van rijksambtenaar.

Cornelis Hogenberk en gezin staan in het ambtenarenregister toegang 0137.01 invnr 51 (geen scans) waaruit blijkt dat ze als hoevenaars een salaris van ƒ 260,- per jaar krijgen. Zoon Pieter Hogenberk staat er niet meer bij en verder is aangetekend:

Dochter Elisabeth Hogenberk vertrekt met ontslag op 16 oktober 1864.

Zoon Franciscus Hogenberk gaat met ontslag op 27 januari 1866.

Verdere registers heb ik niet bekeken. Liefhebbers kunnen terecht bij de ambtenarenregisters in Drents Archief toegang 0137.01 en in de archieven van Binnenlandse Zaken en Justitie bij het Nationaal Archief in Den Haag of bij de gegevens op bonmama.nl.

Zie ook de aantekeningen over de familie Hogenberk in de beginperiode of hun verdere geschiedenis vanaf juni 1825 of de koloniale carrière van Pieter Hogenberk of het leven op de kolonie van Matje Hogenberk of ga terug naar de overzichtspagina van de familie Hogenberk.