Izak van der Walle en
gezin komen 20 april 1825 als arbeidershuisgezin in Veenhuizen. Er
is iets raars met een zoon die tijdelijk in de strafkolonie wordt
gestald, maar dat moet ik nog uitzoeken. In ieder geval schrijft
moeder Adriana op 27 augustus 1825, dus vier maanden na ankomst:
'Daar het mijn in den maand april ll., datum van mijn arrivement
alhier niet vergund kon worden, om mijn zoon Izak Jakob van der
Walle naar hier mede te nemen, en moest met waar ouderlijk gevoel,
hem naar de kolonie Ommerschans zien vertrekken, aangezien het
getal kinderen dat van vijf niet te boven mogt gaan.
- Zoo was tansch mijn nederigste beede om mijn zoon weder onder
mijn ouderlijk toeverzigt te mogen hebben, daar hij nimmer als
bedelaar is gearresteerd, en dus ook niet als dwang-kolonist kan
worden beschouwd.
- Met de strelendste hoop bezield van in mijn versoek te
jouiseren blijf ik met alle nederige respect u dienaresse Adriana
van der Walle
werk(?) koloniste in het 2de gestigt Veenhuizen No 31
In 1828 mogen ze van Leiden een plekje in de vrije koloniën
betrekken.en komen ze in Wilhelminaoord.