Pieter en Joseph Vonderie komen op 27 april 1831 aan in
de vrije koloniën. Ze zijn geplaatst op basis van contract D7 van
de 'Regenten van de Roomsch Katholijke Weezen en Armen te 's
Gravenhage'. Zie hier voor een
uitleg over D-contracten en hier een lijst met alle
afgesloten D-contracten. De jongens komen terecht in Willemsoord.
Stamboek
Ze staan in het stamboek van alle op contract geplaatste
koloniebewoners met invnr 1389. Zie bovenaan de pagina hoe dit en
andere invnrs te bereiken. Joseph Vonderie staat met het nummer
B859 op scan 285, en Pieter Vonderie met nummer B858 op scan 284.
Volgens die gegevens is:
● Joseph Vonderie geboren 28 februari 1820 en bij
aankomst dus elf jaar oud, en
● Pieter Vonderie geboren 21 juni 1818 en bij
aankomst dus een dikke twaalf jaar.
Hun koloniale carrières:
■ Hun komst wordt aangekondigd in een brief van de regenten op 31
maart 1831, invnr 112 scan 567.
■ Bij hun aankomst op 27 april 1831 wordt Joseph geplaatst bij de
huisverzorger Antonie Zeeuws op hoeve 4, stamboek
Willemsoord met invnr 1360.
Pieter komt bij de kolonist Hendrik Leunisse op hoeve 15,
zelfde stamboek.
■ Op 1 mei 1831 - dus hij zit er net vier dagen - loopt
Pieter Vonderie samen met drie andere bij Leunisse ingedeelde
jongens weg van de kolonie. Twee van die andere jongens zijn op 16
juni 1831 weer terug in de kolonie en ze moeten zich 25
juni 1831 verantwoorden voor de tuchtraad. Dat is een
beetje zielig
verhaal. Ze hadden zich door een ouder meisje laten
verleiden weg te lopen met de belofte dat zij voor verder vervoer
zou zorgen, maar eenmaal te Amsterdam had zij hen in de steek
gelaten.
■ Een dag voor die zitting, dus 24 juni 1831, neemt ook
Joseph Vonderie de benen.
■ Het lukt de broers lang weg te blijven, maar op 7 oktober
1831 worden ze allebei gevankelijk teruggevoerd de kolonie
in. Vreemd genoeg kan ik geen tuchtraad vinden waar ze voor moeten
komen. Of die tuchtraad is niet bewaard gebleven, of men heeft
vergeten ze te bestraffen.
■ Joseph Vonderie komt nu in hoeve 7 van Willemsoord, bij de
kolonist Johannes van Kesteren. Pieter Vonderie gaat naar
hoeve 149, bij de kolonist Thomas Johannes van Geijt.
Alles nog steeds in het stamboek met invnr 1360.
■ Op 4 februari 1832 wordt Joseph overgeplaatst van hoeve
7 naar hoeve 20, bij de huisverzorgster baukje Pieters Halman
weduwe Dijkstra.
■ Op 13 maart 1832 loopt Pieter Vonderie opnieuw weg van
de kolonie.
■ Hier worden de 'Regenten van de Roomsch Katholijke Weezen en
Armen te 's Gravenhage' toch wel bijzonder chagrijnig van. Ze
schrijven 9 april 1832, invnr 124 scan 264, een pissige
brief dat het blijkbaar geen enkele zin heeft jongeren naar de
kolonie te sturen omdat er 'geene middelen schijnen te bestaan, om
het gedurig ontvluchten der kinderen te beletten'.
De volledige tekst van de brief staat op deze pagina onder
het kopje 'Joseph Dietz'.
■ Joseph Vonderie zit er dan nog, maar niet zo vreselijk lang. Op 3 juli 1833 verlaat hij met ontslag de kolonie. Dertien jaar oud en dat is veel te jong voor een normaal ontslag, dus of er is een familielid dat zich over hem wil ontfermen of de regenten willen hem terug in Den haag hebben.
Ondanks de dreigende taal in hun eerdere brief gaan de regenten daarna gewoon door met het plaatsen van kinderen in de kolonie, tot aan 1859 toe.