Voordracht
Die voordracht is op 25 juli 1827 en bevindt zich in
invnr 86 scan 231. Zie bovenaan de pagina hoe de scans te bereiken
zijn. Willem Simon is 25 jaar en volgens de subcommissie is hij
'broodbakker van beroep, en zou, indien dit kan zijn, gaarne
wederom in dat vak worden geemployeerd'.
Rotterdam zet wat druk achter de voordracht door te melden dat
'eene familie van verscheidene niet onaanzienlijke donateurs en
begunstigers der Maatschappij van Weldadigheid zich zeer voor dat
huisgezin interesseert'.
Ongeduld
Op 25 augustus 1827, invnr 86 scan 713 moppert Rotterdam
dat ze nog geen antwoord op de voordracht gehad hebben en melden
ze opnieuw dat 'eene vrij uitgebreide kring van aanzienlijke
donateurs en begunstigers der Maatschappij, die wij gaarne te
vriend houden, zich voor die sollicitant interesseren'.
Drie dagen later, 28 augustus 1827, invnr 86 scan 737 en
vooral 738, komen ze er al weer op terug, inclusief die
aanzienlijke familie die volgens hen voor het lidmaatschap van de
Maatschappij zal bedanken als Van der Noorda niet naar de kolonie
gaat. De permanente commissie van de Maatschappij laat zich niet
opjagen en noteert op de achterkant van de brief, scan 739, dat
zij dit punt voor 'notificatie', kennisgeving aannemen.
Bakker
Maar in het designatieregiser, invnr 1395 (daarvan zijn geen
scans) noteert de commissie al dat de plek aan v.d. Noorda is
toegewezen. Als dat per brief van 5 september 1827 aan de
subcommissie is meegedeeld, reageert die op 14 september 1827
zonder noemenswaardige blijdschap met de toezegging dat ze een
stamlijst van het gezin zullen opsturen, invnr 87 scan 194.
Dat doet Rotterdam op 19 september 1827, invnr 87 scan
243. Die stamlijst zit daar niet meer bij, maar dat geeft niet,
want zulke gegevens worden altijd rechtstreeks in het stamboek
opgenomen. Ze herhaalt het 'vriendelijk verzoek' om hem indien
mogelijk 'in het hem bekende vak als bakker te plaatsen, waarmede
UwEd ons en andere, die zich voor dat huisgezin hebben
geinteresseerd, verpligten zullen'.
Op reis
Rotterdam meldt dat ze het gezin 'op vrijdag aanstaande den 21
dezer van hier naar Amsterdam zullen depecheren'. Dat houdt in dat
ze in Amsterdam op het beurtschip van zaterdag 22 september van
19:00 uur de oversteek over de Zuiderzee maken.
De kassier van de Maatschappij W. Bagman bevestigt hun doorkomst
in Amsterdam, invnr 87 scan 337. En de subcommissie Rotterdam
meldt, invnr 87 scan 480: 'Aan van Noorda hebben wij de som van ƒ
10 moeten voorschieten, om hem met zijn bagagie naar & tot
Amsterdam weg te krijgen, aan ƒ 7 aan den schipper voor
laatstgemelde a ƒ 3 in geld, welke UEd hem gelieve in rekening te
laten brengen, ter onze rekening voorts crediteren, zijnde zulks
allesints billijk, uit hoofde van zijne vrij simpele uitzet van
huisraad, daar hij buitendien ƒ 2 aan geld & nog brood van
zijne begunstigers op reis mede bekomen heeft.'
Aankomst
Het gezin komt aan op 24 september 1827 en wordt
ondergebracht in hoeve 34 van de kolonie Wilhelminaoord. Zie voor
de locatie dit
kaartje..Ze staan geadministreerd als bewoners van die hoeve
in het stamboek Wilhelminaoord met invnr 1352.
Van die inschrijving en latere inschrijvingen neem ik de
gezinsgegevens over, met de kanttekening dat de
kolonieadministratie slechts de aantekeningen zijn van een
particuliere organisatie en dus geen officiële bron waarop
blindgevaren mag worden.
Gezinssamenstelling
● Willem Simon van der Noorda is volgens die
kolonieadministratie geboren in 1802. Hij is net als de
rest van het gezin gereformeerd. Hij is getrouwd met:
● Elisabeth van Wijk, geboren in 1803. Het
echtpaar heeft twee kinderen bij zich:
● Margaretha Elisabeth Regina van der Noorda, geboren 15
september 1823, en
● Jan Willem van der Noorda, geboren 29 september 1825.
Veenhuizen
Het verblijf in Wilhelminaoord is van zeer korte duur. Per 16 oktober 1827 verkassen ze naar het eerste gesticht in de kolonie Veenhuizen. De reden daarvoor wordt duidelijk uit een brief van de subcommissie Rotterdam dd 1 november 1827, invnr 88 scans 40-41: 'Wij zijn UwEd verplicht voor uwe welwillendheid ten aanzien van den nieuwelings geplaatsten kolonist van der Noorda, door hem, indien hij daartoe de vereischte bekwaamheid bevonden wordt te bezitten, als bakker te willen employeren; iets hetgeen met genoegen vernomen is door hen, die zich voor hem interesseren.'
De overplaatsing van bakker Van der Noorda heeft natuurlijk alles
te maken met het vertrek drie dagen eerder van de vorige bakker
van Veenhuizen, Gerben Martens
de Vries.
Aardappelbrood
Dus Willem Simon van Noorda bakt brood voor de 1155 weeskinderen,
105 leden van arbeidershuisgezinnen en 85 leden van
ambtenarengezinnen die volgens het maandblad Vriend des
Vaderlands per oktober 1827 in het eerste gesticht wonen.
Aardappelbrood natuurlijk, want dat wordt in alle koloniën
gegeten.
Formeel horen ze nu tot de rangen der arbeidershuisgezinnen, zie
voor algemene opmerkingen over die bevolkingscategorie deze pagina.
Ze staan geadministreerd op scan 9 van het stamboek van het eerste
gesticht Veenhuizen met invnr 1571, zie de transcriptie.
Gezinsuitbreidingen
Te Veenhuizen wordt het gezin uitgebreid met:
● Simon Willem van der Noorda, geboren 23 juni 1828.
Ze wonen in woning 20, maar dat nummer wordt op enig moment doorgestreept en vervangen door het woningnummer 2. Dat moet al snel gebeurd zijn, want op een lijst uit oktober 1827 staan ze al bij woning 2, invnr 98 scan 208.
De inschrijving loopt door in het stamboek van
arbeidershuisgezinnen met invnr 1573 op scan 5. Woning 2 wordt op
enig moment veranderd in 27. Het gezin wordt uitgebreid met:
● Pieter Jasper van der Noorda, geboren 27 januari
1831.
Vermeld staat nu 'bakkersbaas' bij de familie, maar aan het
bakken komt een einde in 1831.
Schutterij
We zijn nog steeds in conflict met België dat zich wil afscheiden
van de verenigde zuidelijke en noordelijke Nederlanden en per 11
maart 1831 is Willem Simon van der Noorda 'als
plaatsvervanger bij de schutterij vertrokken'. Op een overzicht
van de Drentse Schutterij dat een tijd (maar nu niet meer) op de
site van de Drentse Historische Vereniging heeft gestaan, staat
hij als gewoon 'Schutter' van maart 1831 tot januari 1832.
Vertrek
Hij keert terug bij zijn gezin op 27 februari 1832 en
begint dan blijkbaar meteen om zijn ontslag te vragen, al heb ik
daar jammer genoeg geen correspondentie van gevonden.
Op 26 juli 1832 verlaat het inmiddels uit zes personen
bestaande gezin Veenhuizen na iets minder dan vijf jaar in de
koloniën.