Naar het overzicht
van de MUNT-pagina's
Besloten te arresteren het door den Heer 2e Adsessor
voorgedragen koncept van een besluit ter bepaling van den inslag
voor de koloniale winkels, als mede van den verkoop dezelve (fiat
inserto)
De Permanente Commissie
Overwegende de noodzakelijkheid om te beperken en zoo veel
mogelijk te verhinderen het overdadig gebruik van winkelwaren van
vreemde oorsprong, en in het bijzonder van snoeperijen, hetwelk
als verkwisting van inkomsten, even schadelijk voor de kolonisten
als hoogst nadeelig voor de algemeene koloniale en
Maatschappelijke belangen is. en als zoodanig volgens de
voorwaarden en bepalingen van overneming en verpleging der
huisgezinnen en verdere personen behoort te worden tegengegaan.
Overwegende dat hiertoe meer gepaste bepalingen van den inslag
voor den koloniale winkels en van de verkoop van dezelve kunnen
genomen worden.
Heeft besloten gelijk zij besluit bij deze
Art 1.
De voor de koloniale winkels in te slane goederen zullen in twee
hoofdsoorten verdeeld zijn, als in onontbeerlijke en minder
noodzakelijke.
Tot de eerste soort worden geacht te behooren:
Zeep
Zout
Olij
Peper
Koffij
Rook en snuif- tabak
& Azijn.
En tot de tweede
Siroop
Suiker
Leidsche kaas
Thee
En andere nog niet opgenoemde waren.
Art 2
De hoeveelheid van iedere soort der bij het vorig art vermelde
waren voor de koloniėn in te slaan, wordt bepaald als volgt:
Wekelijks:
Voor de vrije koloniėn onontbeerlijke behoeften
½ pond zeep voor 10 zielen ofwel per ziel voor | 1 1/10 ct |
1¼ pond zout voor 10 zielen ofwel per ziel voor | 1 ¾ ct |
8 musjes olie voor 10 zielen
ofwel per ziel voor (het laatste alleen des winters tot dit bedrag) |
2 ct |
½ lood peper voor 10 zielen ofwel per ziel voor | 1/20 ct |
¼ pond koffij voor 10 zielen ofwel per ziel voor | 2 1/10 ct |
¼ pond rook en snuif tabak voor 10 zielen ofwel per ziel voor | 1 ½ ct |
½ oxhoofd azijn voor de geheele bevolking ofwel per ziel voor | ¼ ct |
Voorts nog aan artikelen ter
verstelling van de kleeding per ziel |
¼ ct |
Dus te zamen per
ziel voor |
9 ct |
Minder noodzakelijke behoeften
van vreemde waren per ziel voor |
3 ¾ ct |
en van eigen voortbrengselen
per ziel voor |
1 ¾ ct |
Totaal per ziel |
14 ½ ct |
Voor de Ommerschans
Voor het magazijn |
|
½ pond zeep voor 10 zielen ofwel per ziel voor | 1 1/10 ct |
1¼ pond zout voor 10 zielen ofwel per ziel voor | 1 ¾ ct |
6 musjes olie voor 10 zielen
ofwel per ziel voor |
1 ½ ct |
½ lood peper voor 10 zielen ofwel per ziel voor | 1/20 ct |
¼ oxhoofd azijn voor 1200 zielen per ziel voor | ¼ ct |
Totaal |
4 13/20 ct |
Onontbeerlijke behoeften voor
den winkel: |
|
1/5 pond koffij voor 10 zielen
per ziel |
1 ¼ ct |
¼ pond tabak voor 10 zielen per ziel | 1 ½ ct |
4/10 pond Leidsche kaas voor 10
zielen per ziel |
1 ct |
Minder noodzakelijke behoeften
voor den winkel: |
|
voor alle artikelen te zamen
per ziel voor |
1 7/10 ct |
Totaal |
10 ct |
Voorts nog van eigene waren als
brood, boter, spek enz per ziel voor |
20 ct |
gezamenlijk
totaal |
30 ct |
zullende de hoeveelheid waren eigenlijk naar de vorengemelde
sommen per ziel en niet naar de daarnevens gestelde
begroting kwantiteiten moeten worden ingeslagen.
Voor etablissementen van weezen
Voor het magazijn dier etablissementen zal dezelfde hoeveelheid
als voor de Ommerschans bepaald is worden ingeslagen, en voor de
winkel voor ééne cent per kind tot aankoop van siroop, als
anderzins, en voor een en een halve cent voor andere minder
noodzakelijke behoeften van die soort als de kinderen zelve zullen
verlangen, en zij van hunne oververdiensten kunnen koopen.
Voor de arbeiders etablissementen
Voor deze zal dezelfde hoeveelheid als voor de vrije koloniėn
ingeslagen worden
Daar de arbeiders kolonisten echter meerdere noodwendigheden van
eigene oorsprong moeten kunnen koopen, als brood, boter,
boekweitenmeel enz, zo zal hun daartoe de gelegenheid worden
verschaft, zullende zij bovendien 1½ ct voor gort, erwten, boonen
enz kunnen besteden.
Ten gebruike van geemployeerden en bouwlieden zal de hoeveelheid
in te slaan 1/3 meer bedragen dan voor de arbeiders kolonisten,
doch van dezelfde soort van waren.
Art 3
De algemeen winkelier zal eene nauwkeurige lijst maken van de
hoeveelheid, soort en prijzen der onderscheidene goederen, welke
van de bepalingen van het voorgaande artikel voor al de
etablissements per maand zullen moeten en kunnen worden
ingeslagen; dezelve zal, na door den directeur te zijn gezien
verzeld des nodig van dezelfs aanmerkingen ter goedkeuring van de
PC worden ingezonden.
Art 4.
Mocht het gebruik van onontbeerlijke behoeften in de eerste maand
de bepaalde hoeveelheid te boven gaan, dan zal er eene suppletoire
leverantie van het ontbrekende kunnen plaats hebben, doch zal deze
vermeerdering alsdan in de volgende maand of op de waren waarvan
in de vorige minder dan het bepaalde was gebruikt ofwel op de
minder noodzakelijke behoeften moeten worden gekort zodanig dat de
bepaalde som voor de geheelen inslag voor de 3 maanden in geen
geval worden te boven gegaan, ten zij met speciale autorisatie van
de Permanente Commissie zonder welke het meerder ingeslagene door
dezelve niet zal worden betaald.
Art 5.
Behalve de winkelwaren van de leveranciers in te slaan zal vanwege
de Maatschappij verkrijgbaar worden gesteld: brood, boter, gerookt
spek, vleesch, boekweiten meel, boekweiten gort, aardappelen,
grutten. En zulks in de hoeveelheid als volgens de reglementen
benoodigd is.
Art 6.
Indien enige dier artikelen bij de Maatschappij echter mogten
ontbreken, zal aan de PC tijdig worden aangevraagd de autorisatie
tot aankoop van buiten van het ontbrekende, en zal het aldus
geleverde op de 3 maandelijkse rekeningen der leveranciers
afzonderlijk moeten voorkomen.
Art 7.
In de koloniėn zullen twee soorten van fictief geld bestaan als
Winkelgeld en Broodgeld hetwelk zal zijn van kaartjes volgens
nevenstaande modellen.
Art 8.
De wekelijksche uitbetaling van de verdiensten zal in het
vervolg zodanig worden geregeld dat in de vrije koloniėn tot 10
cents en het overige der verdiensten in broodgeld wordt
uitbetaald. De arbeiders kolonisten zullen eerst 15 cents in
winkelgeld en het overige hunner verdiensten in broodgeld
ontvangen. Aan de bedelaarskolonisten zullen ¾ der verdiensten in
broodgeld en ¼ in winkelgeld voldaan worden. De weezen eindelijk
zullen al haar verdiensten in winkelgeld erlangen.
De geemployeerden en loonlieden ontvangen wekelijksch F 1,25 aan
winkelgeld en het overige hetwelk hun niet in zilver wordt uit
?? in broodgeld dat F 1,25 niet zal te boven gaan.
Art 9.
Voor het winkelgeld zal mede verkrijgbaar zijn wat met broodgeld
betaald wordt doch het broodgeld zal niet voor winkelgeld kunnen
worden aangenomen.
Art 10.
De winkeliers zijn gehouden de verkochte winkelwaren van vreemde
oorsprong uitsluitend met winkelgeld te verantwoorden. Kunnende
zij de waren met broodgeld verwerkt mede met winkelgeld voldoen.
Art 11.
Geen zilvergeld zal in het vervolg in de winkels meer worden
aangenomen noch zal door de winkeliers kunnen worden gebezigd ter
betaling van de ontvangen waren. Zodanige geemployeerden die in
kontanten hun tractement ontvangen, kunnen desverkiezende in
mindering F 1,25 in winkelgeld en evenzoveel in broodgeld bekomen
mits den directeur zulks schriftelijk aanvragende.
Art 12.
De veldwachters der bedelaarsgestichten zullen in het vervolg niet
meer gebragt worden op de staten van administratie, maar op die
van veldarbeid en wel onder het rubriek buitengewone en
verschillenden arbeid, terwijl zij op de maandstaten in het
bijzonder zullen voorkomen gelijk andere kolonisten voor zoo verre
aan hen winkelgeld is uitbetaald. De bouwlieden, die tot de
administratie behooren, zullen alsmede voor het aan hun
uitbetaalde gebragt worden onder dezelfde rubriek, vergezeld van
bijzondere aanwijzing volgens bijgevoegd model, daar de maandstaat
ten doel heeft te doen zien juist hoeveel iedere maand aan
winkelgeld kan worden besteed. Voor zoo verre zij in kontanten
uitbetaald worden zullen zij op de staten van administratie worden
gevoerd.
Art 13.
Bovenstaande bepalingen zullen een aanvang nemen met de maand
april aanstaande en zal deze alzo de eerste van het trimester
zijn. En zal afschrift dezes aan den Directeur der Koloniėn worden
uitgereikt ten fine van informatie en executie.
Aldus gearresteerd door de PC van Weld. te s Gravenhage den 10
maart 1826
(get) J. Sluiter