Naar het overzicht
van stukken over GENEESKUNDE





'Rapport over de gezondheidstoestand over de ziekten in de kolonie Veenhuizen gedurende de maanden November en December achtien honderdzeven en dertig'

Dit verslag is van de hand van Emilius Carolus de Könningh, sinds oktober 1835 arts bij het kindergesticht Veenhuizen-1, maar op het moment blijkbaar waarnemend voor heel Veenhuizen. Het verslag bevindt zich bij de ingekomen post van januari 1838, invnr 191, de scans 149-150.

De beide laatste maanden des afgeloopen jaars hebben zich door geringe koude en door eene zeer vochtige dampkring gekenmerkt. De heerschende winden waren de weste- en zuidelijke en dezen waren zelden hevig.
Veelal hadden wij stilte met mistig weder en aanhoudende regens vergezeld; weinige dagen slechts, oostelijke wind met vorst.

Onder deze voor den gezondheidstoestand niet zeer voordeelige voorwaarden genoot echter de bevolking in het algemeen eene buitengewoon goede staat van gezondheid, kwamen weinig zieken voor, zelfs de gewoone najaars ziekten ontbraken en de zeer weinige sterfgevallen welke plaats hadden waren ten gevolge der gewoonlijk doodelijk afloopende chronische ziekten zoo als teering, waterzucht enz.
Het eerste gesticht had geene dooden; het derde eenige weinige; de meeste waren bij het 2de gesticht.-


Bij de chirurgicale ziekten verdient melding gemaakt te worden van een kortlings in het eerste gesticht opgenomen wees oud (opengelaten) jaren en van het Mannelijk geslacht.

Deze had reeds sedert geruimen tijd voor zijn aankomst alhier aan witte zwelling (Fumor albus) van het linker kniegewricht geleden; de zachte bekleedselen van dit laatste waren geulcereerd(??) en caries niet te miskennen.
De hectische staat des lijders en de bijkom, geheele buiging van het been tegen de achterzijde der dije benevens de bovengenoemde gebreken hadden tijdens zijn verblijf in het St Pieters gasthuis de afzetting der dije reeds noodzaaklijk gemaakt en zij was dan ook het eenige redmiddel voorgeslagen; doch daar zijne moeder tot deze operatie hare toestemming weigerde te geven had deze weigering zijne verwijdering uit genoemd gasthuis ten gevolge.

Na aldus circa drie maanden zonder geneeskundige verzorging te zijn geweest is het te denken dat zijnen toestand en zijne gebreken niet verbeterd waren, en zoo bood hij dan ook bij zijne aankomst alhier het volmaakte beeld van uitputting der krachten aan, terwijl zijne wenken(??) in even ellendigen staat waren.

Aan Amputatie was destijds niet te denken om dat hij deze zoo belangrijke operatie hoogstwaarschijnlijk niet zoude hebben kunnen doorstaan. Na eenige dagen hier verpleegd te zijn geweest, namen zijne krachten merkbaar toe en leverden tevens de ulceratien(??) een beter aanzien op, zoo dat de vrees voor Amputatie verminderde en het zelfs mogelijk werd door trapsgewijze toenemende en aanhoudende uitrekking het been met de dije eenen regten hoek te doen maken.

In het begin van December ll. vervlogen echter deze schoone vooruitzigten weder, de Hectische koorts nam toe en met deze namen te gelijker tijd de wenken(??) wederom een slimmer aanzien aan, zoo dat ik het geraden vond, ten einde de tijd op welke de operatie nog de meeste chances tot gelukkigen uitslag geven konden niet te laten voorbijgaan, eene consultatie met den stads Med. Doctor Fulmers te verzoeken.

Deze nog aan de mogelijkheid eener verandering ten goede in den toestand des lijders geloovende en alzoo aan het behoud van het been niet wanhoopende wilde nog eenigen tijd het doen der operatie uitstellen en inmiddels voortgaan met het mogelijke in het werk te stellen ten einde deze gewenschte verandering te verkrijgen en te verhaasten.


De nieuwe manier van behandeling der scabreuzen overtreft de verwachting. Om te beproeven wat met dezelve zoude kunnen gedaan worden zijn twaalf gezonde sterke scabreuze kinderen afzonderlijk behandeld, met het zoo verrassend als buitengewoon gevolg, dat zij naar vier dagen behandeling als genezen ontslagen konden worden.
Tot deze genezing zijn 144 ll oryen(??) der wassing gebruikt tot meer vervaardiging slechts 6 oryen(??) zwavel kluenen(??) zijn benoodigd geweest.


Verschillende resultaten heeft de unificatie van het magazijn van geneesmiddelen opgeleverd; van eenige artikelen welke uitdrogen en geene vochtigheid weder aanneemen werd minder bevonden tot deze behooren de Cins. Terus Jusines, de Rood water en serpentaria virginnand enz. van andere welke door gestadig inzuicgen van vochtigheid zwaarder werden, werden eenige weinige Taaken(??) te veel bevonden, verschillen van eenig belang hebben zich niet voorgedaan.
Onder de voor het winter gebruik in groote hoeveelheid aangekochte bloedzuigers heeft eene aanmerkelijke sterfte plaats gehad, welke echter niet aan ongeschikte behandeling is toe te schrijven, ?? waar van de oorzaak onbekend is.
De geneesheer waarnemende het toezigt
over de geneeskundige Dienst
König

Dokter de Könningh dagtekent zijn brief met 1 januari 1837, maar dat is een foutje dat iedereen aan het begin van een nieuw jaar wel eens maakt. Het zal toch echt 7 januari 1838 moeten zijn.
Ik heb pogingen ondernomen erachter te komen wie die ongelukkige is waarvan de amputatie overwogen wordt, maar ik heb dat niet kunnen vinden.