Besluit der permanente commissie 9 november 1831 N31: Bepalingen nopens het in dienst nemen door de ambtenaren van vrouwelijke dienstboden uit de Weezen- en BedelaarsGestichten


Drents Archief, toegang 0186, invnr 969

De Permanente Commissie etc.

In aanmerking nemende dat verschillende bedelaars kolonistenvrouwen en weesmeisjes zich van tijd tot tijd als dienstboden bij de ambtenaren in de Kolonie verbinden en overweegende de noodzakelijkheid om door bepaalde verordeningen de zaak te regelen en op eenen gelijken voet te brengen

Gelet op den voordragt van den Directeur der Kolonien van de 28 october ll. N1931

Besluit:

Artikel 1
Het blijft aan de ambtenaren der Maatschappij bij de gestichten zoo te Veenhuizen als Ommerschans vrijgelaten zich met toestemming hunner superieuren zich daartoe genegen betoonende, vrouwelijke bedelaarskolonisten en weesmeisjes bij het gesticht waartoe zij behooren van vaste dienstboden te voorzien.

Artikel 2
De ambtenaren beneden den rang van Adjunct Directeur zullen die toestemming vragen aan den Adjunct Directeur onder wien zij behooren; zullende de Adjunct-Directeurs die eene bedelaarskolonist of wees in hunne dienst verlangen te nemen, de toestemming verzoeken van den Directeur der Kolonien.

Artikel 3
De ambtenaren zoodanige dienstboden in hunne dienst verbindende, zullen dezelve in den geheelen kost nemen en voor hare bewassching zorg dragen.

Artikel 4
De bedoelde dienstboden zullen koloniale kleeding, althans bovenkleeding, blijven dragen, zullende de ambtenaren houders dier dienstboden, verpligt zijn wekelijks voor kleeding overeenkomstig het tarief te storten.

Artikel 5
De onderdirecteurs binnen bij de Gestichten zijn verantwoordelijk dat de stortingen voor kleeding zonder verzuim bij hen geschieden.
Afschrift dezes etc.
De P. C.