Drents Archief, toegang 0186, invnr 367
De Permanente Commissie der Maatschappij van Weldadigheid,
Gehoord het rapport van haar medelid den Heer Faber van
Riemsdijk
Besluit
Aan den Directeur der kolonien te schrijven als volgt:
Bij gelegenheid van het bezoek der kolonien door onze medeleden
hun een en ander voorgekomen zijnde, waaromtrent bepaalde
voorschriften door dezelve noodzakelijk zijn gekeurd, meenen zij
UwEd te dien opzigte het volgende te moeten mededeelen.
1 ■ Het geweezen weesmeisje M. Elfrinkhof, later
als bedelares in het 2 gesticht te Veenhuizen aangekomen
en vandaar bij vergunning in het eerste gesticht overgeplaatst,
behoort in dit laatste gelijkelijk met de weeskinderen behandeld
en geadministreerd te worden, echter moet zij in de controle der
bedelaarskolonisten blijven, maar in de sterkte van het eerste
gesticht opgenomen worden.
2 ■ De bestedeling Maria Catharina Kligge, thans
ingedeeld bij den kolonist Johannes Braun, in kol N2 H16,
zal, ingevolge het daartoe gedaan verzoek, naar het 1e gesticht te
Veenhuizen worden overgeplaatst.
3 ■ De gedrukte stukken welke dadelijk met 1e January
1830 benoodigd zijn, moeten door de hoofden der kolonien en
gestichten met 1e October aan UwEd worden aangevraagd ten einde
die aanvragen aan ons, met UwEd aanmerkingen, tijdig genoeg kan
worden ingezonden om dat materiaal te doen drukken en voor het
einde van het jaar overtezenden.
4 ■ De school localen in de drie gestichten te Veenhuizen
behooren door een houten beschot in tweeën afgedeeld te worden,
zoo wel om bij het oinderwijs de kinderen in twee gedeelten te
kunnen splitsen, als opdat de school gedurende de catechisatie
niet geheel behoeve stil te staan.
5 ■ De door den Adjunct-Directeur voor de administratie
gevraagde autorisatie tot het afgeven van werkstaten aan den
zesden zaalopziener bij het 3e gesticht te Veenh. en van 70 stuk
derzelve die tot het overschrijven van het geen het vorige
dienstjaar betreft, aldaar gebezigd zijn, wordt bij deze verleend.
6 ■ Van het magazijn in het eerste gesticht zal een
gedeelte met latwerk behooren te worden afgescheiden van het
magazijn van geneesmiddelen; - zullende dan het plaatsen van eene
trap in de woning van den Doctor de toegang van hetzelve eeniglijk
door de woning behooren plaats te hebben.
7 ■ Het kleine binnenzaaltje van gemeld gesticht, vroeger
gediend hebbende tot een gedeelte van de school, zal weder en
voortdurend daartoe behooren gebezigd te worden, maar zonder
communicatiedeur naar het buitengedeelte van het gesticht.
8 ■ De trap naar de fabrijk in gemeld gesticht, nu onder
de provoost geplaatst, zal binnen'shuis in het locaal van de
weefzaal worden gebragt, waartoe een portaal in die weefzaal zal
worden afgeschoten, in hetwelk tevens een privaat zal worden
gesteld, ten einde gedurende de werktijden de uitgang der fabrijk
kan worden gesloten gehouden.
9 ■ Het arbeidershuisgezin Willem van der Plas,
Veenh. 3e gesticht, zal overeenkomstig deszelfs verzoek kunnen
worden ontslagen, zoodra de heelmeester van Steenwijk te Veenhuizen
in functie zal zijn getreden.
10 ■ Het gevraagde ontslag voor het arbeidershuisgezin Pieter
Bendervoet, Veenh. 1e gesticht, wordt bij deze toegestaan.
11 ■ Daar de verrekening der doodkisten zoo als dit thans
geschiedt, moeijelijkheden oplevert, zullen dezelve voortaan in de
wagenmakerij behooren te worden aangemaakt, om vervolgens aan het
magazijn van elk gesticht te worden afgeleverd, en naar mate
dezelve gebruikt worden voor elk individu te worden afgegeven,
wordende de prijs voor de vier soorten van grootte bepaald op ƒ
1.40, ƒ 2.--, ƒ 3.-- en ƒ 3.50.
12 ■ In de melkerij van het tweede en derde gesticht zal,
dewijl er geen weesmeisje daartoe bekwaam aanwezig is en zoo lang
dit het geval zal zijn, eene vreemde melkmeid even als in het
eerste gesticht mogen worden gehuurd.
13 ■ De voorloopige aanstelling van den arbeiderskolonist
de Vries als hoevenaar bij het 2e gesticht, wordt bij deze
goedgekeurd.
14 ■ Ten gevolge van het vertrek van den fabrijkbaas ten
Broek, oordeelen wij het noodzakelijk dat het toezigt en de
verantwoordelijkheid aan den Adjunct-Directeur voor den
fabrijkmatigen arbeid zich over al de fabrijken in de vrije
kolonien uitstrekken moet, even als zulks thans omtrent de 3e
kolonie plaats heeft.
15 ■ Het is van gewigt dat aan den smid in kolonie N2 ten
stelligste wordt verboden om eenige gelden, hetzij van zilver,
hetzij in koloniale munt, voor bij hem verrigte werkzaamheden te
ontvangen.
16 ■ Wij meenen UwEd te moeten herinneren om toetezien,
dat de verevening van bevonden verschilposten tusschen de
Adjunct-Directeur Poelman, de Instituteur Mulder te Wateren, de
onderdirecteuren der vrije koloniën, en den boekhouder Reese, en
tusschen den Adjunct-Directeur de Geus en den onderdirecteur
Nijenbandering, ten spoedigste plaats hebbe.
17 ■ Daar het gebleken is, dat de rekeningen van de
arbeiderskolonisten Pieter Christiaan Pracht aan het derde en
Huibert Muisson aan het 2e gesticht te Veenhuizen ten onregte
gedebiteerd zijn voor zestienjarige schuld, behooren dezelve
daarvan ontlast te worden.
18 ■ Het is ons voorgekomen dat nuttig is dat in de
dagboeken van de magazijnen de uitgaven maandelijks worden
opgeteld en van de mede opgetelde ontvangsten afgetrokken, zoodat
bij het einde van elke maand daaruit bij inzage dadelijk kan
blijken wat er in het magazijn voorhanden moet zijn, waartoe dan
ook telkens het restant der vorige maand de eerste post van
ontvang zal moeten uitmaken.
19 ■ Het is van belang dat aan al de ambtenaren worde
aanbevolen om geene goederen of gelden aftegeven of te ontvangen,
dan tegen dadelijke overgifte of uitreiking van de behoorlijke
bewijsstukken.
20 ■ De prijs van de turf in het algemeen aanzienlijk
gestegen zijnde sedert dat de bepaling van ƒ 20.-- per dagwerk,
waarop dezelve bij de turfgraverij te Veenhuizen berekend
wordt, gemaakt is, zal dezelve voortaan tegen ƒ 25.-- per dagwerk
berekend en afgeleverd moeten worden.
21 ■ Aan de veteranen veldwachters te Veenhuizen
zal voortaan van hun tractement van
ƒ 1.50 vijftig cents in zilver worden uitbetaald.
22 ■ Het tractement van de provisioneel geemployeerden
zaalopziener Buck kan vermeerderd worden tot ƒ 1.50 wekelijks.
De P.C. der M.v.W.
En zal een extract dezes, voor zoo veel hen aangaat, worden
gegeven aan de boekhouders.
Mondeling rapport van het lid Faber van Riemsdijk nopens eenige
punten welke bij het bezoek der kolonien zijn gebleken eenige
bepaalde voorschriften te vereischen.