Besluit der Permanente Commissie van 21 juli 1824 over employés, vooral ten behoeve van Veenhuizen


Drents Archief, toegang 0186, invnr 960

De Perm. Komm.

Overwegende de behoefte aan koloniale geëmployeerden, zoo ter vervulling van vacatures, als ter tijdige voorziening in ambtenaren voor de nieuwe etablissementen.

Gezien de op de sollicitantenlijst voorkomende personen met de daarbij gestelde ingewonnene informatiën

Indachtig de bevordering van zoodanige koloniale geëmployeerden, welke door derzelver betoonden ijver en geschiktheid voor hunne betrekking de hun toegekende aanspraak hebben,

heeft besloten:

Art. 1
Tot Onder-direkteurs binnen het 2= en 3= gesticht te Veenhuizen worden benoemd de Heeren B.C. Travers thans geëmployeerd op het Algemeen Bureau der koloniën, en C. Hulst, wonende te Assen, laatstgem. op de proef van 3 maanden, ten einde na betoonde geschiktheid, definitievelijk te worden in dienst gesteld en wel tegen genot van het gewoon traktement van ƒ500: s jaars.

Art. 2
De benoemde Onder-direkteurs zullen, zoodra de Gestichten in gereedheid zullen zijn, en derzelver bevolking een aanvang neemt, door den Heer Direkteur op autorisatie der PK worden opgeroepen, om hunne funktie te aanvaarden.

Art. 3
Tot zaalopzieners in de onderscheidene gestichten worden benoemd J. Danens, gegageerd militair te Gorinchem en Jan de Wildt, gegageerd militair te Deventer, om dadelijk in funktie te treden en A.A. Ansems fourier bij het Alg. Depot der landmagt N33 te Harderwijk, de laatste om na bekomene concessie door ZM den Koning van dien persoon, als gedetacheerd van deszelfs korps in dienst van de M. van W. op de te doene aanvrage zijne betrekking te aanvaarden; alle tegen genot van ƒ2.50 in geld en ƒ2.70 in verstrekkingen s weeks en de gewone verder voordeelen van vrije woning etc.

Art. 4
De Heer Direkteur wordt uitgenoodigd, om de in werkelijke in dienst stelling van de benoemde Onder-direkteurs, wanneer zulks noodig zal geworden zijn, de Perm.. Komm. in tijds aantevragen, gelijk ook, om de aangestelde zaalopzieners, bij derzelver aankomst, daar waar zulks noodig is, in betrekking te stellen.