Besluit der Permanente Kommissie van Weldadigheid, houdende verplaatsing van koloniale Ambtenaren, van den 6 december 1823


Drents Archief, toegang 0186, invnr 960

De Permanente Kommissie,

In overweging genomen hebbende, het te kennen gegeven verlangen van den onderdirecteur L. Vogelzang, geetablisseerd te Veenhuizen, om vandaar verplaatst te worden;

Overwegende voorts het oppassend gedrag van den tegenwoordigen onderdirecteur van  kolonie no.7 N.J.Nijenbandering en willende aan deze een bewijs geven van hare tevredenheid over zijn persoon in deszelfs betrekking;

Gelet op het berigt en advijs van den Heer  Direkteurs der kolonien, bij missive van den 3 december ll. No. 454.

Heeft besloten:

Artikel 1.
De onderdirekteur L. Vogelsang wordt als zoodanig verplaatst uit de Kolonie te Veenhuizen naar kolonie no.7 en hem provisioneel toegelegd het gewoon traktement van den onderdirekteur dezer kolonie,  zijnde f 7,00 ’s weeks, met het vooruitzigt echter op het volle onderdirekteurs traktement van f 500,00 jaarlijks, bij de eventuele bevolking der kolonie.

Artikel 2.
De onderdirekteur van kolonie no.7 Nijenbandering wordt bevorderd tot onderdirekteur in het etablissement te Veenhuizen in plaats van L. Vogelzang met het volle traktement van f 500,00 jaarlijks.

Artikel 3. De Heer Direkteur wordt geautoriseerd,  houdend gevolg te geven, waartoe afschrift dezes aan Zeg. zal worden uitgereikt, terwijl de verplaatsing zal gerekend worden ingegaan te zijn met den 15 december 1823.

Aldus gearresteerd door de Permanente Kommissie van Weldadigheid te ’s-Gravenhage den 6 december 1823.