De aandelen in de Bataafsche Brandwaarborg Maatschappij te Katwijk geven informatie welke gebouwen er in de koloniën stonden en soms vanaf wanneer en waar ze stonden

Laat ik uit de titel van deze pagina eerst maar het 'wanneer' pakken, want dat is het meest simpel: een perceel wordt niet tegen brand verzekerd als het nog niet gebouwd is. Als je over een pand meer wilt weten kun je vanaf de verzekeringsdatum gaan terugzoeken in de post en de besluiten.

En bij meer over een pand weten moet natuurlijk ook gekeken naar de de som waarvoor het verzekerd wordt. Dat geeft, vooral als je het vergelijkt met andere panden, een indicatie voor de omvang ervan.

Het 'waar' is soms lastiger. Niet alle plaatsaanduidingen van gebouwen zijn altijd goed te begrijpen. 'Aan de Hoofdvaart tegenover de Israelitische kerk' is uitermate duidelijk, omdat het gebouw van die kerk er heden ten dage nog staat, maar 'aan het eind van de Boksloot' roept de vraag op wat met de Boksloot bedoeld wordt.Meerdere verzekeringspolissen naast elkaar houden kan soms uitkomst bieden.

Regelmatig worden panden aangeduid met 'gequoteerd met nummer X', of afgekort als 'geq. met nummer X'. Daar schieten we niet zoveel mee op, want er bestaat geen kaart waar al die nummers op staan.

Voor mensen die meer over de indeling van het terrein van de Ommerschans of Veenhuizen willen weten, kan ik de overzichten aanbevelen die hieronder genoemd worden bij de polis van 19 augustus 1847. Mensen die met de Ommerschans bezig willen, kunnen dat dan nog vergelijken met een lijst van vaste goederen die hier staat.

Dan eerst het archief, alles uit het Archief van de Maatschappij van Weldadigheid bij het Drents Archief, toegang 0186:

Inventarisnummers 1295 en 1296

Het interessantst zijn de invnrs 1295 en 1296. Officieel is invnr 1295 het 'Register van de aandeelen der Maatschappij van Weldadigheid in de Bataafsche Brandwaarborg Maatschappij voor derzelver Koloniale Gebouwen', en zitten de bijbehorende polissen in invnr 1296.

Maar er liggen ook enkele polissen los voorin het register in invnr 1295. Voor een volledig beeld moeten de twee invnrs samen genomen worden.

Ergens in de 20e eeuw heeft een goede geest (een archivaris?) de polissen in invnr 1296 per jaar in mapjes gedaan met op de omslag van de mapjes een beschrijving wat erin zit. De teksten op die mapjes heb ik allemaal en verder heb ik incidentele transcripties van polissen, gemaakt door mensen die mij hielpen met het verzamelen van informatie over Veenhuizen of de Ommerschans.

Inventarisnummer 1297

Inventarisnummer 1297 is ook interessant, bijvoorbeeld om met het voorafgaande te vergelijken, maar van dat invnr heb ik GEEN enkele  transcriptie, dus dat noem ik alleen ten behoeve van mensen die verder onderzoek willen doen. Er zitten in invnr 1297 twee stukken:

Nota van de in de Bataafsche BrandWaarborg Maatschappij verzekerde panden, van de Maatschappij van Weldadigheid
Dit is een in 1859 gemaakt (volgens het laatste vel) overzicht van verzekerde bezittingen in de VRIJE KOLONIEN, op volgorde van datum dat ze verzekerd zijn. Zal met de scheiding vrije en onvrije kolonien te maken hebben. Aangegeven wordt steeds ook wanneer de verzekering opgezegd zou kunnen worden. Eerste verzekeringneming is 1 mei 1823.
Op het laatste vel een overzicht van de afgelopen negen jaar betaalde premies.

Specificatie der bij de Bataafsche Brandwaarborg Maatsxhappij verzekerde panden, bij de Maatschappij van Weldadigheid zoo in eigendom als in vruchtgebruik bezeten wordende
Dit stuk is onderverdeeld in eerst de eigendommen, daarna de percelen in vruchtgebruik. In Ommerschans en Veenhuizen is bijna alles vruchtgebruik, dus dit overzicht is gemaakt NA 1843, toen de Staat alle gebouwen in de koloniën in eigendom kreeg en ze in vruchtgebruik aan de Maatschappij gaf.

Maar verder houd ik mij op deze bladzijde bij de invnrs 1295 en 1296. Ik heb die informatie gecombineerd met de brieven/notities over het afsluiten van brandverzekeringen.

Een chronologisch overzicht van alles wat ik heb met betrekking tot brandverzekeringen

(...)

Polissen 1 mei 1823

Op deze datum wordt alles wat er staat in de vrije koloniën Frederiksoord, Wilhelminaoord en Willemsoord en een gedeelte van de Ommerschans tegen brand verzekerd.

■ In Frederiksoord inclusief de 'Heerenbehuizing' bewoond door Johannes van den Bosch (= Huis Westerbeek), het magazijn annex bureau, de winkel, de bakkerij, het logement, het onderdirecteurshuis, het schoolgebouw en 94 kolonistenwoningen.

■ in Wilhelminaoord het onderdirecteurshuis, de school annex roomse kerk en pastorie, de spinzaal, de woning van de spinbaas en de schoolmeester, 111 kolonistenwoningen, de smederij.

■ in Willemsoord het onderdirecteurshuis, de spinzaal, het schoolgebouw, de woning voor de boekhouder en de directeur van de fabriek, 'eene colonisten woning genaamd het Huis ter Heide', 100 kolonistenwoningen, waaronder drie wijkmeestershuizen in Willemsoord en 63 kolonistenwoningen en één wijkmeestershuis en één boekhouderswoning in Willemsoord-Steggerda.

■ Op de Ommerschans worden verzekerd:
1. Het dwanggebouw staande in de Ommerschans Colonie no 5 voor zesenveertig duizend en zevenhonderd guldens.
2. De kazerne staande als voren op den binnenwal voor zeshonderd guldens.
3. Eene turfschuur…staande als voren voor vierhonderd guldens.
4. Het huis van den Adjunkt-Direkteur staande als voren voor tweeduizend en vierhonderd guldens.
5. Eene waschhuis staande als voren voor zeshonderd guldens.
6. Twaalf colonisten woningen onder een dak staande als voren voor Eenduizend gulden.
7. Het huis van den onder-Direkteur met een annexschuur staande als voren buiten den wal voor tweeduizend gulden.
8. Het huis van den boekhouder staande als voren voor vijfhonderd gulden.
9. Vier wijkmeesters huisjes staande als voren voor twee duizend guldens.
10. Zes boerenbehuizingen ieder met een schapenhok staande als voren voor zesduizend guldens.
11. Eene oude schuur staande als voren voor twee honderd guldens. 

Polissen 14 november 1823

Op deze dag wordt tegen brand verzekerd:

■ Te Wateren het 'kruisgebouw ingericht tot een kweekschool' voor ƒ3.200

■ Te Veenhuizen alles wat er tot nu toe gebouwd is, zie de transcriptie.

■ Te Ommerschans enkele grote boerderijen en wat er in 1823 is bijgebouwd binnen en rond de vesting:
1. Een werkzaal tot spinnerij weverij staande binnen het gesticht aan de Ommerschans, voor twee duizend gulden.
2. Eene ziekenzaal staande in de schans voor tweeduizend en tweehonderd guldens.
3. Zeven hooibergen staande bij zoo veel boerderijen buiten de schans ieder voor eenhonderd en twintig guldens, tezamen achthonderd en veertig gulden.
4. Vier boerenbehuizingen staande rondom de schans ieder voor eenduizend gulden, tezamen vierduizend gulden.
5. Eene werkzaal waarin eene smederij staande als het eerste perceel, voor tweeduizend gulden en alzo tezamen voor elfduizend en veertig guldens.

■ Te Willemsoord 'een huisje en schuur genaamd het Koningrijk staande te Steggerda'.

■ Te Doldersum 25 kolonistenwoningen.

Plus enkele boerenbehuizingen te Appelscha, Ommen en Groot Wateren.

Polissen 31 maart 1824

Verzekerd worden zes boerderijen bij het eerste gesticht te Veenhuizen plus de daar bij gebouwde smederij, wasserij en bakkerij, met plaatsbepaling, zie de transcriptie.

Polis 12 oktober 1824

Verzekerd worden het tweede en derde gesticht te Veenhuizen plus bij het eerste gesticht zeven hooibergen, zeven schapenhokken en één varkenshok, plus drie wijkmeesterhuizen die elk uit twee woningen bestaan, zie de transcriptie.

Correspondentie

Blijkbaar heeft directeur Visser commentaar gehad op een door hem ingeleverde lijst met gebouwen aan de Ommerschans, want hij schrijft op 14 januari 1825, invnr 72:

Verder aangaande de gebouwen te Ommerschans.
Dat de drie bedoelde panden bij het doen der laatste opgave nog niet bestonden, immers niet geheel waren afgewerkt, en dus door de Direktie te Ommerschans niet op hare bijzondere zoo min als door mij op de algemeene staat in nov. ll. ingezonden, konde worden gebragt; maar zullen op de eerdaags intezenden 3 maands staat der gebouwen voorkomen, dienende tot verdere inligting omtrent het vervaardigen derzelve, dat de magazijnskelder zonder mijne voorkennis was aangevangen bij gelegenheid van eene mijner voorgaande inspectien te Ommerschans en ik toen reeds mijn gevoelen of ongenoegen daar over den Heer Adjunkt Direkteur heb te kennen gegeven; niet tegenstaande er wezentlijke behoefte aan een zoodanig gebouw; het waschhuisje is naar mijn beter weten gebouwd met voorkennis van ZHEd­Gest. den Heer 2e, terwijl eindelijk het veldwagtershuisje is eene vergroting of appropriering der loots of stal bij het huis van den ond. direkteur, tot eene woning.

Polissen 25 januari 1825

■ Diverse gebouwen op de Ommerschans worden, al dan niet opnieuw, tegen brand verzekerd:
1e. kerkgebouw ten gebruike der gereformeerde en roomsch Katholieke gemeente tot eene school met daarin staande banken, tafels, predikstoel en altaar benevens een klein vertrek en daarbij staande een pastorie staande binnen de Ommerschans op eene binnenwal geq: met no 4 voor Drieduizend gulden.
2de eene schapenhok staande als voren bij de bakkerij geq. met no 12 voor Eenhonderd vijftig gulden.
3de Eene varkenshok staande als voren bij de bakkerij geq met no 13 voor zestig gulden.
4de een schuurtje of stalling staande als voren bij het huis van den adjunct directeur geq. met no 14 voor driehonderd gulden.
5de een magazijnkelder staande als voren voor tweehonderd gulden.
6de een veldwachterhuisje staande op den buitenwal voor tweehonderd gulden.
7de zeven boerenwoningen staande buiten de Ommerschans geq. met no 11 tot 17 ieder met eenduizend en tweehonderd guldens, te zamen achtduizend en vierhonderd guldens.
8ste Vier hooibergen staand als voren bij de boerenwoningen geq. met no 7 tot 10 ieder eenhonderd en twintig gulden, te zamen vierhonderd en tachtig gulden.
9de ene loots of stal staande bij het onder-direkteurshuis geq. no 3 voor tweehonderd guldens.
10e een bakkerij staande binnen de Ommerschans geq. met no 7 voor drieduizend en tweehonderd guldens.
11e een huisje waarin eene ververij staande als voren geq met no 8 voor vijfhonderd guldens.
12. een huisje waarin eene koffiebranderij staande als voren voor tweehonderdvijftig guldens
en alzoo te zamen zestienduizend negenhonderdnegentig guldens.

Polis 26 april 1825

De schuur bij het Instituut te Wateren wordt voor 1600 gulden verzekerd.

Polissen 16 maart 1826

Verzekerd worden, deels opnieuw dus ter vervanging van een eerdere verzekering, de volgende panden:

■ Te Frederiksoord de woning van de algemeene boekhouder, de spinzaal, de school en 94 kolonistenwoningen.

■ Te Veenhuizen onder meer onderdirecteurshuizen, wijkmeesterwoningen, een bakkerij en de twee kerken, zie de transcriptie.

■ Te Ommerschans hooibergen, schapenhokken enzv,:
1. Acht hooibergen staande in de kolonie No 5 buiten de Ommerschans voor negenhonderd en zestig gulden.
2. Zeven steenen schapenhokken staande als vooren voor eenduizend vijfenzeventig gulden.
3. Vier houten schapenhokken staande als vooren voor vijfhonderd vijfendertig gulden.
4. Een varkenshok staande als vooren op den wal achter den huis van den onderdirekteur voor negentig gulden.

■ Plus een boerenhuis met twee losse schuren te Een en een boerenhuis met schuur te Weper onder Oosterwolde.

Polis 11 februari 1830

Opnieuw verzekerd te Ommerschans wordt 'een kerkgebouw ten gebruike der Gereformeerde en Roomsch Catholieke Gemeente en tot eene school met daarin staande, Banken, Tafels, Predikstoel en altaar, benevens een klein vertrek en daarbij staande Pastorij staande binnen de Ommerschans op den binnenwal Geq. met no 4 en zulks tot vermeerdering van hunne deelneming gegeven bij Akte van Aandeel G: No 639 perceel van dato 25 januari 1825', voor ƒ1600.

Het was eerder verzekerd voor ƒ3000, zie hier, dus nu is het voor ƒ4600 verzekerd.

Polis 14 augustus 1830

Te Veenhuizen worden twee washuizen verzekerd, zie de transcriptie.

Polis 27 mei 1834

Verzekerd worden gebouwen in alle koloniën inclusief Wateren plus een boerderij te Smilde.

■ Het gedeelte over de Ommerschans:
12. Een afzonderlijk schuurtje tot berging van brandstoffen, staande bij de school en het kerkgebouw (gewaarborgd bij de akte G:no 639 en 745) voor zesendertig gulden.
13. Verbeteringen aan het wijkmeestershuisje staande ten zuidwesten van het gesticht (gewaarborgd bij de akte G: no.569 ad. 9) thans bestemd tot woning van den geneesheer voor zevenhonderd gulden.
14. Een huis, zijnde woning voor den timmermansbaas met daaraan vastgebouwde werkplaats, staande ten noorden van het Gesticht voor tweehonderd en vijftig gulden.
15. Eene predikantswoning en schuur staande ten noorden van het Gesticht aan den weg voor tweeduizend en driehonderd guldens.
16. Drie veldwachtershutten staande in den omtrek van den Ommerschans voor eenhonderd guldens.

■ Van het uitgebreide (35 percelen) gedeelte over Veenhuizen  is een transcriptie.

Polis 18 april 1835

Gebouwen in alle koloniën worden vezekerd.

■ Het gedeelte over de Ommerschans:
3. de afzonderlijk staande loods bij de woning voor den timmermansbaas ten noorden van den Gesticht, gewaarborgd bij de akte G:no 639 no 9, voor tweehonderd guldens.
4. De vergrooting van een schuur of stalling bij de Bouwmanswoning no 2 staande in de gemeente Stad Ommen, gewaarborgd bij de akte G:no 569 en 10, voor Tweehonderd veertig guldens.
5. De vergrooting van een schuur of stalling bij de Bouwmanswoning no 7 staande als vooren, gewaarborgd bij de akte G:no 592 en 4, voor tweehonderd en veertig guldens.
6. De vergrooting aan de stalling als mede aan de dorschvloer bij de boerenwoning no 11 in de gemeente Avereest, gewaarborgd bij de akte G:no 639 en 7, voor vijfhonderd en drieëntachtig guldens.
7. Eene hooiberg bij bovengemelde boerenwoning voor eenhonderd en zeven guldens.

■ Van de twee percelen in Veenhuizen is een transcriptie.

Besluit

Op 6 maart 1837 N28 neemt de permanente commissie het besluit om uit te doen gaan een 'Aanschrijving om jaarlijks op te geven de veranderingen in de gebouwen ten dienste der aangifte voor de Brandwaarborg Maatschappij' (alleen vermelding, geen transcriptie).

Polis 29 juli 1837

Gebouwen in alle koloniën worden verzekerd.

■ Het gedeelte over de Ommerschans:
7. De verandering/vergrooting van de werkplaatsen aan het huis van den timmerman te Ommerschans ten noorden van het gesticht, gewaarb. bij no. 836 perc.no 14, voor tweehonderd en veertig guldens.
8. Eene veldwachtershut in den turfgraverij in het schout Ambt-Ommen Geq. No 16 voor eenhonderd en tien gulden.
9. Eene groote waschschuur in de Ommerschans ten oosten van het Hoofdgebouw buiten de 2e gracht voor vijfhonderd gulden.
10. Een lijnbaanloods binnen het hoofdgebouw op het terrein van het vrouwenquartier voor vierentwintig gulden.

■ Van het gedeelte over Veenhuizen is een transcriptie.

Polis 23 juli 1838

Verzekerd worden gebouwen in nagenoeg alle koloniën, met ook de Israëlitische kerk met school en onderwijzerswoning in Willemsoord.

■ Het gedeelte over de Ommerschans:
6. Eene veldwachtershut, zijnde de 17e staande in den omtrek van den Ommerschans onder de Stad Ommen, voor eenhonderd guldens.
7. Een Wagenschuur staande als voren bij den hoeve van den Onderdirekteur voor driehonderd en vijftig guldens.

■ Van het gedeelte over Veenhuizen is een transcriptie.

Polis 1 december 1838

Verzekerd worden een provoost in Wilhelminaoord en de tot katoenweverijen omgebouwde 'weefschuren' achter kolonistenwoningen in Frederiksoord, Wilhelminaoord en Willemsoord.

Polis 8 augustus 1839

Verzekerd worden gebouwen te Willemsoord en Ommerschans.

■ Het gedeelte over de Ommerschans:
2. Het hoofdgebouw staande in de Ommerschans kolonie no. 5 voor vijfenvijftig duizend en vierhonderd guldens.
3. Een huisje ingerigt tot eene kookerij voor het vee en eene rookerij van spek staande als voren op de hoeve van den onderdirekteur buiten voor tweehonderd guldens.

Polissen 20 juli, 12 november en 23 november 1840

Verzekerd worden:

■ Te Wilhelminaoord een onderdirecteurshuis met schuur aan den Vrieschen Brug.

■ Te Ommerschans diversen, op 20 juli:
2. Een kookhuisje staande in de Ommerschans bij de boerenwoning no. 6 voor eenhonderd en vijftig gulden.
3. Eene behuizing met schuur en stallen staande bij den brug en den weg naar den Ommerschans op den grond kadastraal sektie B no. 55, voor vijfduizend driehonderd en vijftig gulden.
4. De voorste Arbeiderswoning staande ten westen van voornoemde behuizing voor tweehonderd en veertig gulden.
5. De achterste Arbeiderswoning staande als vooren voor Eenhonderd en zestig gulden.

En op 12 november 'de zolders van het hoofdgebouw' die inmiddels ‘zijn ingerigt tot Weverij’.

■ Te Veenhuizen onder meer de Israelitische kerk en de stoomspinnerij, zie de transcriptie.

Polis 23 augustus 1841

Verzekerd worden gebouwen in alle koloniën, met op de Ommerschans 'een waschhuis staande op den binnenwal'.

Overzicht ± 1844

In 1843 neemt de Staat alle onroerende goederen te Ommerschans en Veenhuizen over van de Maatschappij van Weldadigheid, maar ze geeft die gebouwen meteen in vruchtgebruik aan de Maatschappij. Dit is een overzicht van alle gebouwen die de Maatschappij 'als vruchtgebruikster' bij de Bataafsche Brand Waarborg Maatschappij heeft verzekerd en aangenomen mag worden dat hieronder alle gebouwen op de schans staan. In het archief zit dit overzicht bij de polis van 19 augustus 1847, maar ik dateer het op eind 1843 of begin 1844.

■ Te Veenhuizen, zie transcriptie.

■ Te Ommerschans:
1. Het hoofdgebouw zijnde een gesticht voor bedelaarskolonisten en eene later daaraan gebouwde schuur voor den winkelier aan de noordzijde van het gesticht, als mede een dito in gebruik bij den onderdirekteur binnen tot berging van brandstoffen aan de zuidzijde van hetzelve zijnde de zolders van de woongebouwen ingerigt tot weverij, gebouwd van steen en gedekt met pannen. voor vijf en vijftig duizend vier honderd guldens.
2. Een gebouw op het binnenplein aan de regterzijde of in het vrouwen quartier staande, waarin eene smederij, weverij en spinzaal gebouwd als voren, voor twee duizend guldens.
3. Een zelfde gebouw aan de linkerzijde of in het mannenquartier van het binnenplein staande, waarin weef en spinzalen alsmede het kantoor en magazijn van de fabrieksbaas, gebouwd als voren, voor twee duizend guldens.
4. Een water of koffijhuisje op het binnenplein van het vrouwenquartier geplaatst, gebouwd als voren, voor twee honderd en vijftig guldens.
5. De adjunct-direkteurswoning op den wal van het gesticht ten noordoosten van hetzelve gebouwd als voren, voor twee duizend en vier honderd guldens.
6. Eene daarbij staande schuur en paardenstal gebouwd als voren, voor drie honderd guldens.
7. Een verfhuisje beneden aan den wal en dezelfde rigting van het Gesticht, kort bij de adjunct-direkteurswoning gelegen, gebouwd als voren, voor twee honderd guldens.
8. Het ziekenhuis en daartoe behorende appartementen voor den opziener, voor den apotheek en tot keuken en zuidoosten van het Gesticht, gebouwd als voren, voor twee duizend en twee honderd guldens.
9. De School tevens tot kerkgebouw van de Protestanten en Roomsch Catholieken dienende, en daaraan vastgebouwde woning voor den R.C geestelijken ten zuiden van het gesticht gebouwd als voren, voor vier duizend en zes honderd guldens.
10. Een afzonderlijk staande schuurtje tot berging van brandstoffen, gebouwd als voren, voor zes en dertig guldens.
11. Een gebouw waarin 11 woningen van strafkolonisten en die des schoolonderwijzers over die huisgezinnen ten zuiden van het gesticht, nevens het schoolgebouw, gebouwd als voren, voor een duizend guldens.
12. Het waschhuis ten zuidwesten van het gesticht, gebouwd als voren, voor zeven honderd guldens.
13. De broodbakkerij, maalderij, het broodmagazijn en de paardestal ten noordwesten van het gesticht gebouwd als voren, voor drie duizend en twee honderd guldens.
14. Een wagenschuur staande bij de hoeve van onder-direkteur van hout gebouwd en met pannen gedekt, zoor drie honderd en vijftig guldens.
15. Een gebouw waarin zes woningen voor veteranenveldwachters ten noorden van het gesticht, van steen gebouwd en met pannen gedekt, voor zes honderd guldens.
16. Eene woning en schuurtje voor den bakkersbaas, ten noorden van het gesticht, gedeeltelijk van hout gebouwd en met pannen gedekt, voor vijf honderd guldens.
17. De woning van den geneesheer, ten zuidoosten van het gesticht van steen gebouwd en met pannen gedekt, voor een duizend en twee honderd guldens.
18. Een woning en schuurtje voor den veearts ten zuidwesten van het gesticht, gebouwd als voren, voor vijf honderd guldens.
19. Een woning en schuurtje voor den smidsbaas ten noordwesten van het gesticht, gedeeltelijk van hout gebouwd en met pannen gedekt, voor vijf honderd guldens.
20. Een woning voor den Timmermansbaas en daaraan vastgebouwde werkloots, tevens ingerigt als klompenmakerij ten noorden van het gesticht, gebouwd als voren, voor vier honderd en negentig guldens.
21. Nog zulk een afzonderlijk staande loots, gebouwd als voren, voor vier honderd guldens.
22. Een woning en schuur of stalling voor den onderdirekteur buiten, ten noorden van het gesticht, gebouwd als voren, gequoteerd met No 8, voor twee duizend guldens.
23. Eene hooiberg, voor een honderd en twintig guldens.
24. Eene woning en schuurtje voor den boekhouder buiten, ten noorden van het gesticht, gebouwd als voren, voor vijf honderd guldens.
25. De predikantswoning en schuur, ten noorden van het gesticht aan den weg gebouwd als voren, voor twee duizend en drie honderd guldens.
26. Zeventien boerenwoningen en daaraan vastgebouwde schuur of stalling en eene afzonderlijk staande dorschschuur, gequoteerd met No. 1 t/m 7 en 9 t/m 18, waarvan No. 1, 5, 6, 11 en 18 in de gemeente Avereest, No 2, 3, 4, 7, 9, 10, 12, 13 en 14 in de gemeente Stad Ommen en No 15, 16 en 17 in de gemeente Schout Ambt-Ommen, waarvan No 1, 3, 4, 5, 6, 9, 10 en 18 ieder à ƒ1000, dus acht duizend guldens, No 12, 13, 14, 15, 16 en 17 ieder à ƒ1200, dus zeven duizend en twee honderd guldens, No 2 en 7 ieder à ƒ1240, dus twee duizend vier honderd en tachtig guldens, en No 11 voor een duizend zeven honderd drie en tachtig guldens. Te zamen voor negentien duizend vier honderd drie en tachtig guldens, gebouwd als voren.
27. Negentien hooibergen staande bij de boerenwoningen buiten de Ommerschans. ieder à ƒ120 dus twee duizend twee honderd en tachtig guldens.
28. Vijftien gebouwde veldwachtershutten van steen gebouwd met riet gedekt, waarvan 5 ten noorden, 2 ten oosten, 4 ten zuiden en 4 ten westen van de kolonie gelegen, waarvan 6 in de gemeente Avereest, 4 in de gemeente der Stad Ommen en 5 in die van het schoutambt Ommen, ieder à ƒ60 dus negen honderd guldens. Een dito staande in de turfgraverij, gelegen in het schoutambt-Ommen, gequoteerd met No 16, voor een honderd en tien guldens, een dito geq. met No 17, gelegen onder de Stad Ommen, voor een honderd guldens. Te zamen voor een duizend een honderd en tien guldens.
29. Eene grote vlaschschuur van hout gebouwd en met riet gedekt, ten oosten van het hoofdgebouw buiten de 2e gracht, voor vijf honderd guldens.
30. Eene lijnbaanloots, gebouwd als voren, staande binnen het hoofdgebouw op het plein van het vrouwenquartier, voor vier en twintig guldens.
31. Eene kookhuisje gedeeltelijk van hout gebouwd en met pannen gedekt staande buiten de Ommerschans bij de boerenwoning No 6, voor een honderd en vijftig guldens.
32. Eene behuizing met schuur en stallen, van steen gebouwd en met riet gedekt, staande bij de brug en den weg naar de Ommerschans, op den grond kadastraal Sektie B no 55, voor vijf duizend drie honderd en vijftig guldens.
33. De voorste arbeiderswoning, gebouwd als voren, staande ten westen van voormelde behuizing, voor twee honderd en veertig guldens.
34. De achterste arbeiderswoning staande en gebouwd als voren, voor een honderd en zestig guldens.
35. Een kerkgebouw voor den Protestantsche gemeente te Ommerschans, benevens de konsistoriekamer, van steen gebouwd en met pannen gedekt, voor acht duizend en acht honderd guldens.

Polis 2 januari 1846

Verzekerd worden gebouwen in alle koloniën, met in Wilhelminaoord de rooms-katholieke kerk en in de Ommerschans 'eene drooghuis, de eerste verdieping van steen en voorts van hout gebouwd en met pannen gedekt, voorzien van een kagchel welks pijpen door den zolder geleid zijn om het drogen te bewerkstelligen staande aan de oostkant van het gesticht'.

Polis 19 augustus 1847

Gebouwen in vrijwel alle koloniën worden verzekerd.
Op de Ommerschans:
8e. Eene van boven slechts gedekte loots tot berging van Houtspaanders, van hout gebouwd met riet gedekt, staande bij de broodbakkerij voor veertig guldens.
9e. Eene loots tot berging van houtwaren voor de timmerij en wagenmakerij benevens de werkloots gebouwd als vooren voor tachtig gulden.

Polis 11 maart 1848

Het ziekenhuis te Ommerschans wordt herverzekerd en een blijkbaar nieuw gebouwd fabrieksgebouw wordt verzekerd. De eerste heeft de Maatschappij in vruchtgebruik, de tweede is eigendom van de Maatschappij:
- Het Ziekenhuis en daartoe behoorende appartementen voor den opzieners, voor de apotheek en de keuken staande ten zuidoosten van het Gesticht, voor twee duizend en acht honderd guldens.
- Fabrieksgebouw zijnde eene weverij. van steen gebouwd en met pannen gedekt, staande te Ommerschans aan de oostzijde van het Gesticht, voor drie duizend en vier honderd guldens.

Polis 11 augustus 1849

Verzekerd worden:

■ Te Veenhuizen arbeiderswoningen en een kosterswoning, zie transcriptie.

■ Te Ommerschans bouwmanswoningen en een lijkenhuisje:
1. Eene bouwmanswoning met stalling, Dorschvloer, graanberg, stookhuisje van steen gebouwd en met riet en pannen bedekt staande op hoeve No 15 in de gemeente stad of ambt Ommen, voor een duizend zes honderd guldens.
2. Eene bouwmanswoning met stalling, Dorschvloer, graanberg, stookhuisje, staande en gebouwd als voren op hoeve No 20, voor een duizend zes honderd guldens.
3. Eene bouwmanswoning met stalling, Dorschvloer, graanberg, stookhuisje, staande en gebouwd als voren op hoeve No 21, voor een duizend zes honderd guldens.
4. Eene lijkenhuisje staande nabij het hospitaal in de lengte aan de buitengracht, voor vijf en zeventig guldens.


Polis 9 november 1850

Verzekerd worden te Willemsoord een fabrieksgebouw aan de Kruisweg, een strafkamer in de nabijheid van de fabriek en een schuur.

Polis 8 december 1851

Verzekerd worden:

■ Te Frederiksoord de protestantse kerk met pastorie.

■ Te Willemsoord de protestantse kerk.

Polissen 24 november 1853

Verspreid over twee polissen worden verzekerd:

■ Te Wateren het schooltje te Groot-Wateren, een boerenbehuizing met losse schuur, waaraan een kolonistenwoning en een boerenbehuizing met schuur.

■ Te Willemsoord een dors en korenschuur in de 3e wijk.

■ Te Frederiksoord vijf kolonistenwoningen op het Hollandsche veen, een woning voor de boekhouder van de directeur tegenover het Huis Westerbeek, en een broodbakkerij met molenplaats en paardenstalling aan de Wipbrug over de vaart.

■ Te Veenhuizen diverse percelen, zie de transcriptie.

■ Te Ommerschans diverse percelen:
– Drie steenen veldwachterswoningen waarvan twee staande in de gemeente Avereest en een in het Ambt Ommen, voor twee honderd guldens.
– Een poortiershuisje voor de poort ten zuiden van het Gesticht, voor veertig guldens.
– Een gebouw bevattende zeven woningen waarvan zes voor militaire huisgezinnen en eene voor de klompenmakersbaas, voor zeven honderd en vijftig guldens.

Polis 17 september 1855

Verspreid over twee polissen worden verzekerd:

■ Te Frederiksoord twee kolonistenwoningen en een woning voor de adjunct-directeur, in de 3e wijk staande (de wpning van adjunct-directeur Hulst was namelijk in 1854 helemaal afgebrand, zie hier).

■ Te Wilhelminaoord vier kolonistenwoningen.

■ Te Willemsoord een koren- en dorsschuur in de 4e wijk en het Huis ter Heijde, met schuur en korenzolder.

■ Te Veenhuizen bij het derde gesticht een stenen veldwachterswoning, een houten brandspuithuisje, een schuur bij de katoenspinnerij en een turfschuur.

■ Te Ommerschans veldwachtershutten (eigendom van de Maatschappij) en een boerenwoning (eigendom van de Staat en in vruchtgebruik van de Maatschappij):
- Eene boerenwoning en daaraan vastgebouwde schuur of stalling, met eene afzonderlijke dorschschuur, staande te Ommerschans op hoeve No 13 in de gemeente Stad Ommen, reeds onder meerderen verwaarborgf, bij acte L.G No 1352 perceel 26, voor een duizend twee honderd guldens, alsnu ter zake van vergrooting der gemelde dorschschuur boven het reeds gegeven aandeel met een honderd guldens.
- Vijf steenen Veldwachtershutten staande in de gemeente Avereest geq. met No 74, 76, 81, 83 en 84, ieder voor een honderd guldens, te zamen vijf honderd guldens.