Uit de ouderkrant van het Werkman-college:
 
2) Columns van mijn hand over het leven met een voortgezet onderwijsscholier of over andere aspecten van het moderne schoolbestaan
Jongerentaal
Het onderwijscontract
Je wordt oud, pappa
De boekbespreking
De stagiaire
De aansprakelijkheidstelling
De gastdocent-ouder
De schooltas
De ouderavond
Het eindrapport
Chat-taal

 

JONGERENTAAL

- En die van wiskunde, die geeft leuk les?
- Die is wel vet.
- Nou... Overdrijf je niet? We hebben hem toen gezien bij de docentengesprekken en superslank was die ook niet, maar om hem nou vet te noemen...?
- Nee, zo zeg je dat gewoon. Dat wil zeggen dat ie wreed is.
- Wreed?? Wreed?? Hij slaat je toch niet, hè?
- (zucht) Laat maar.
- Nee, ik wil het graag begrijpen. Misschien helpt het als je een... ander woord hebt om hem te beschrijven, dat ik het dan snap...
- Gewoon. Hij is strak. 
- Hij houdt de zaak strak in de hand?
- (zucht) Mag ik nu aan mijn huiswerk beginnen?
- Nog even, want ik geloof dat ik het begin te begrijpen. Je bedoelt te zeggen dat hij blits is? Eh... hip, jofel.
- Wat Zijn Dat Voor Stomme Woorden?!?
- mompel mora mompel tempes mompel
- Watte?
- Iets Latijns over tijden en zeden die vervliegen.
- Dat versta ik niet, dan had je me op het gymnasium moeten doen.
- Klopt, maar ik versta jou nu weer wel. Hier, om te lezen.
- Wat is dat voor vaag krantje?
- Da's niet vaag, da' s eh... wreed, da's de ouderkrant, dan kun je lezen wat ouders eh... vet bezig houdt. Daar staan allemaal strakke stukken in. Best wreed-vet, hoor.
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college jaargang 1999-2000, nr. 3
 
 

HET ONDERWIJSCONTRACT

Roezemoes, gezelligheid, roezemoes, gezelligheid, roezem-
- Goed, we beginnen vandaag op bladzij 144 met...
- Mag ik even tussendoor.
- Nou, moet dat?
- De klas heeft mij, als klasse-vertegenwoordiger, gevraagd om over het laatste proefwerk te beginnen.
- Oja. Eh... sorry hoor, maar ik zal het zo snel mogelijk nakijken.
- Het is al vier weken geleden!
- Dat klopt, maar het is hier vreselijk druk, rapportvergaderingen, overleggen, de tweede fase, nieuwe collega's, verbouwing...
- Nou en? Wij hebben het ook vreselijk druk, maar we moeten er wel elke dag zijn en alles geleerd hebben.
- Als ik nu vanavond begin met nakijken?
- Dat zei je verleden week ook.
- Ik heb toch 'sorry' gezegd? Het ging gewoon niet. Ik doe echt mijn best om op tijd te zijn.
- Dat zei ik laatst ook. Mooi dat ik moest nablijven.
- En de brug stond open.
- We hebben het erover gehad met de hele klas en we hebben gestemd en...
- De ketting liep van mijn fiets.
- ...we vinden dat we dit niet kunnen laten passeren en...
- Er lag een gorilla op de weg.
- ...we vinden dat je je moet melden.
- Hè, verdikkeme (begint tas in te pakken). Sta ik weer een kwartier in de rij bij de schoolleiding. En moet ik zo'n rotklussie voor de conciërges opknappen.
- Sorry, maar in het onderwijs-contract staat dat wij ons aan de afspraken moeten houden en...
- Een beetje inspraak is leuk hoor, maar we moeten WEL door het boek heen dit jaar.
- ...jullie ook dus.
- Jaja, 't is al goed. Werk maar even voor jezelf, ik ben zo snel mogelijk terug. (Klap, deur dicht)
Roezemoes, gezelligheid, roezemoes, gezelligheid, roezemoes.
(met dank aan Joke Ravisé)
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college, jaargang 1999-2000, nr. 4
 
 

JE WORDT OUD, PAPPA

Tegen de tijd dat u dit artikel leest, is de 4 mijl van Groningen al achter de rug. Hij zou op me wachten op het terras van Fiorin. En ik heb er vrede mee.
Het wordt dit jaar de vijfde keer dat mijn zoon en ik samen de 4 mijl lopen. De eerste twee jaar heb ik hem er doorheen moeten praten, met name de eerste keer toen hij al na honderdvijftig meter de eerste steken in zijn zij dacht te krijgen.
De derde keer liepen we samen met twee buren, die er een ander (lees: hoger) tempo op nahielden. Zoon liep probleemloos met ze mee, maar ik blies mezelf op toen ik ze bij wilde houden en ik moest ze laten gaan om niet aan aan de zuurstof te moeten.
Toen we op het terras zaten na te hijgen (hij zitten, ik hijgen), bedacht ik dat me dat niet nog een keer ging gebeuren.
Verleden jaar begon ik vier maanden vantevoren aan een Spartaans trainingsschema. Zoon was inmiddels op het Werkman middelbare scholier geworden en ik spoorde hem aan om toch vooral elke dag zijn huiswerk te maken in plaats van hard te lopen, zodat ik oktober 1999 kiplekker, bloedfit en in blakende conditie aan de start verscheen en hij geheel ongetraind en met een door mij opzettelijk licht verwaarloosde verkoudheid.
Dit moest lukken!
Het lukte. De eerste twee kilometer. Als ik mijn adem spaarde door niet te veel te praten. Toen zei hij 'Hé, daar loopt Jelle' en zoef, weg was die. Om gezellig keuvelend met die Jelle, whoever that may be, vier minuten en drieëndertig seconden voor mij over de finish op de Vismarkt te komen.

Als ik dan per se een plek moet hebben om hierover te lamenteren, is de ouderkrant het ideale platform. Want dit hebben wij allemaal met elkaar gemeen. Stel dat de mens op 20-jarige leeftijd zijn grootste lichamelijke kracht bereikt, dan komen hullie daar elk jaar een stap dichterbij en raken wij daar elk jaar een stap verder van weg.
Richting aftakeling.
Het heeft geen zin om daar tegen tekeer te gaan of daar tegen te trainen. Het is gewoon niet anders, we moeten erin berusten, het accepteren, er vrede mee hebben. Dus dit jaar wacht hij mij na afloop op en ik loop vier mijl in mijn eigen tempo. Berustend, accepterend, mij er bij neerleggend.
Maar als een van die gezellige dweilorkesten langs de kant het in zijn hoofd haalt om 'Je wordt oud, pappa' te spelen, dan bega ik ze een ongeluk.
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college, jaargang 2000-2001, nr. 1

DE BOEKBESPREKING
(mist nog)

DE STAGIAIR

De docentenkamer is verlaten op een jonge vrouw na die een papier bestudeert. Een man komt binnen, de vrouw staat op en steekt haar hand uit.
- Dag, ik ben de nieuwe stagiaire.
- Huh? O... jij gaat vandaag voor het eerst voor de klas staan.
- Ja, ik probeer de namen alvast te onthouden.
- Laat die klassenlijst eens zien.
...
- Oei-oei-oei.
- Is er iets?
- Tsjonge sjonge sjonge.
- Wat is er?!?
- Welke zachtaardige idioot heeft die klas samengesteld?!
- Zijn het eh... moeilijke kinderen?
- Afzonderlijk zijn ze zonder een pelotonnetje ME wel in bedwang te houden. Maar als groep is het een soort 'dirty seven maal vier'. Deze hier... heeft ooit nog eens een docent Frans gebeten.
- O.
- En dit clubje heeft toen dat geintje met de koffie in de docentenkamer uitgehaald.
- Geintje?
- Zo noemden zij het. De officier van justitie had er een ander woord voor. Bij deze moet je oppassen als die naar zijn laars grijpt.
- O... Want?
- Daar kan een mes inzitten.
- Een me... me... me...
- En dit is belangrijk! Deze twee. Ga nooit, nooit, maar dan ook nooit met je rug naar die twee toe staan.
- Wa... wa... wa...
- Weet je van Beukema die hier tot verleden jaar scheikunde gaf?
- N... nee.
- Dat WIL je niet weten. Maar het gaat nu goed, hij mag alweer vloeibaar voedsel. O, de bel. Je moet ernaartoe.
- M... m... maar ga... ga... gaat u nie... niet mee???
- Welnee. Waarom zou ik?
- Als bege... bege... begelei....
- Maar ik ben geen stagebegeleider. Ik ben gewoon een ouder die even iets kwam brengen en nu moet ik er weer vandoor. Zeg, succes ermee. Da-ag.
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college, jaargang 2000-2001, nr. 3


 


DE AANSPRAKELIJKHEIDSTELLING

Geachte meneer leraar,
Tot ons kantoor wendde zich de heer Doordouwer, te dezen handelend namens zijn minderjarige zoon Dirk, bij U bekend. Cliënt stelde mij ter hand een vel papier met het opschrift H.N.Werkman college, welk vel bij deze instelling bekend staat als 'proefwerkpapier', met daarop tekst met blauwe pen, door mijn cliënt geïdentificeerd als zijnde door zijn zoon geschreven, en rode doorhalingen, opmerkingen en een cijfer welke volgens cliënt van Uw hand zijn.
Bij dezen stel ik U namens cliënt in en buiten rechte aansprakelijk voor de geestelijke schade die cliënt en zijn gezin wordt berokkend door het agressieve karakter van de rode doorhalingen. Het tot twee keer toe, blijkbaar in drift, achter een antwoord neergekalkte woord "Nee" werd door alle gezinsleden ervaren als bruut en gewelddadig, temeer daar het werd vergezeld van drie (!!!) uitroeptekens. Cliënt is voornemens om per uitroepteken apart smartegeld te eisen.
Uw slotopmerking "Je kunt beter", wederom voorzien van meerdere boosaardige uitroeptekens, heeft door zijn gemene sarcasme een verlammende invloed op cliënts zoon en wordt door betrokken geneeskundigen aangewezen als de oorzaak van zijn slaap- stoornissen. Volgens cliënt zal zijn zoon dit nog jaren met zich blijven meedragen en kan het zijn toekomstige maatschappellijke carrière ernstig schaden, voor welke schade hij U bij deze aansprakelijk stelt. U hoort van ons voor de rechter,
Hoogachtend,
mr. WS
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college jaargang 1999-2000, nr. 2

DE GASTDOCENT-OUDER

- Hallo, ik ben de vader van Pim en de docent heeft mij gevraagd jullie vandaag een les te geven over mijn hobby: 'elektrische treinen'.
... (doodse stilte) ...
- Nou, een les geven kan iedereen, dus daar gaan we.
... (doodse stilte)
- Laat ik beginnen met datgene wat mij het meest aan el-... Ah, een vraag!
- Tot hoe laat duurt dit?
- Eh... gewoon tot kwart over drie. Maar als jullie het interessant vinden, kunnen we langer door gaan.
... (verpletterende stilte) ...
- Eh... ik was gebleven bij wat mij het meest boeit bij elek-
- piepperipiepperiepiepperie... met mij... hé hallo! Nee, ik zit nog op school...
- Misschien is het beter om die mobiele telefoons even af te zetten?
- ... ik zit hier tot kwart over drie met een figuur die-
- Jongeman, zou je dat telefoontje willen afbreken?
- Dat kan die niet meneer, want hij heeft net verkering, hi- hi-hi.
- Hij moet met z'n liefje praten, hi-hi-hi.
- Dat kan best zijn, maar ik wil dat tijdens de les niet hebben!
- ... maar die vent zegt dat ik moet ophangen, da-ag.
- Ik ook van jou schat, hi-hi-hi.
- Kusje kusje, hi-hi-hi.
- E-lek-trische trei-nen dus!!! En dan heb ik het over een onderwerp dat niet alleen volwassenen bezig houdt, maar dat ook heel veel jonge mensen...Ja?
- Het is toch niet zo dat we aantekeningen moeten maken en dat we er een S.O-tje over krijgen?
- Neehoor, maar als je iets interessants hoort, kun je natuurlijk aantekeningen maken.
... (doodse stilte) ...
- Laat ik het eens anders proberen. Zijn er dingen die jullie altijd al over elektrische treinen hebben willen weten? Ik zie een vinger. Ja?
- Hebt u wel eens gehad dat zo'n ding uit de rails vliegt en bovenop een passagierstrein knalt en die helemaal openscheurt en dan door het station raust dat alles naar beneden pleurt?
- Eh...
- En als je zo'n locomotief op de grond gooit en erop gaat springen?
- Eh... Ik heb het er niet vooraf over gehad, maar ik denk dat als er geen vragen meer zijn, we ook wel eerder op kunnen houden.
- Maar ik zit al een tijd met mijn vinger in de lucht!
- Die heb ik niet gezien. Ik dank jullie voor je aaandacht en de volgende keer krijgen jullie gewoon weer les van de docent. Het schijnt toch een vak te zijn.
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college, jaargang 2000-2001, nr. 4

DE SCHOOLTAS

- Heb je er zin in?
- Ja, pap.
- Vind je het niet een beetje eng? De eerste echte dag?
- Nee, pap.
- Goed, veel plezier dan en... wat heb je dáár?!?
- Mijn schooltas.
- O, ik dacht even dat je op kamers ging en uitverhuisde.
- Haha, pap.
- Maar serieus, dat kan toch niet. Je hebt het vast verkeerd begrepen: je hoeft niet elke dag al je boeken mee te nemen.
- Dit zijn niet al mijn boeken, pap. Dit is alleen wat ik vandaag bij me moet hebben.
- Maar... dat is toch veel te groot en veel te zwaar. Wat vinden ze daar op school van? En wat zegt de schoolarts? Dit is toch niet gezond? En de arbeidsinspectie? Bouwvakkers mogen ook niet meer dan vijftien procent van hun eigen lichaamsgewicht dragen. Je had hier eigenlijk de hele zomer op moeten trainen!
- Ach, het zal wel wennen.
- Ik zou je met de auto kunnen brengen... maar ik weet niet of het in de kofferbak past.
- Ik moet nu gaan hoor.
- Laat ik hem dan op z'n minst naar je fiets dragen.
- Zou je dat wel doen?
- Dat is wel het minste wat... KRAK!
- O-ho.
- ...Uuuurgh... Au...
- Je weet toch dat je op je rug moet passen, pap.
- ... Help me... uuurgh... help me... au! help me even...
- Zo kom ik nog te laat!
- Neenee... uuurgh... je hoeft me alleen... au! dankjewel...
- Ik wil niet de eerste dag te laat komen, hoor.
- Nee... je hoeft me alleen maar even... uuurgh... naar de slaapkamer... en AU! Hier het trappetje op... uuurgh... nog een stukje... en dan kun je... uuurgh
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college, jaargang 2001-2002, nr. 1)
 

OUDERAVOND

- Ik ben blij dat er vanavond zoveel mensen gekomen zijn. Het is echt niet zo dat brugklas 1H helemaal uit de hand loopt, maar er zijn wel problemen met de klas en het leek ons zinnig om daar met de ouders en verzorgers over van gedachten te wisselen. Op een open en-
- Kunt u wat harder praten? Ik versta er niets van.
- Volgens mij praat ik al behoorlijk hard, maar het zou schelen als de heren daar achteraan hun gesprek zouden willen staken.
- Huh? O, jahoor, maar dit is hartstikke leuk: wij hebben elkaar in geen jaren gezien.
- Wij zaten vroeger ook altijd naast elkaar. En dan waren we nog naamgenoten ook.
- Op de lagere school was het al 'Kareltje en Kareltje van de achterste bank'. Weet je nog, Karel?
- Ja, bij meneer De Vries. Goh, wat werd die man ziek van ons.
- Ik kan me voorstellen hoe leuk het is dat jullie elkaar weer tegenkomen, maar misschien kunnen jullie daar straks in de pauze verder over doorgaan. Zodat we ons nu even beperken tot de ordeproblemen waar iedereen in de brief over heeft kunnen lezen.
- Als u het mij vraagt, en dat is geloof ik de bedoeling van vanavond, maar als u het mij vraagt dan zou ik zou het prima vinden als jullie wat harder optraden als u het mij vraagt.
- Ja. De beuk erin.
- Gewoon straffen.
- Ouderwets. Met de lineaal.
- Nououou.
- Ja, gewoon 'Platsj!' Op de vingers. Dat deden ze bij mij vroeger ook en ik ben er toch ook niet slechter van geworden? Hè? ... Of wel soms?
- Kunnen we het weer even centraal houden. Ook eh... meneer Karel en meneer Karel.
- Ja, sorry, we moesten lachen over iets van vroeger.
- Als ik even mag, want ik heb nog niets gezegd. Ik ben er ook voor dat jullie fermer optreden, want anders krijg je dat de goeden onder de kwaden komen te lijden. Mijn Wimpie klaagt bijvoorbeeld dat hij in de klas nauwelijks aan leren toekomt.
- Wimpie? Wimpie? Mijn dochter heeft het wel eens over ene Wim, maar daar heeft ze vreselijk last van. Die schijnt me toch een potje druk te zijn!
- Ooooh! Mijn Wimpie?! Mijn Wimpie doet nooit wat!
- Wat ik helemaal stuitend vond, dat vertelde mijn dochter laatst, is dat die Wim middenin de klas-
- HET LIJKT ME NIET Verstandig om het over individuele leerlingen te gaan hebben. Er is natuurlijk altijd ergens een begin, maar de situatie is nu dat de hele klas onrustig en rumoerig is en laten we het daar over hebben.
- Over rumoerig gesproken... ik mis nog steeds hele stukken van het gesprek.
- Ja, ik zou het ook erg op prijs stellen als de heren achteraan....
- O, sorry hoor.
- ... dank u, als u ook meedoet en we het alleen nog maar over 1H hebben.
- 1H? 1H? Dit zou toch gaan over de profielkeuze voor Havo3?
- Nee, dat is volgende week.
- Haha, zit je verkeerd? Die Karel toch! Haha. Net als vroeger. Maar blijf er gezellig bijzitten, dan lullen we even bij.
- NEEN.
- Huh?
- Gaan jullie twee er maar uit.
- Wat???
- Jullie zitten de hele tijd door mij heen te praten, jullie storen de boel, jullie gaan er uit.
- Nou ja, zeg. Weet u wel hoe oud ik ben?
- Niks mee te maken. Hup, d'ruit.
- Kom maar mee, Karel, daar valt niet tegen te praten. Ik weet niet of ik mijn zoon wel op deze school houd, hoor. Wat een autoritair zootje.
- Lijkt meneer De Vries wel, hè Karel?
Klap (deur)
- Goed. Wie mag ik nu... ja, mevrouw?
- Ik geloof er helemaal niks van. Er zijn nog noooooit klachten geweest over mijn Wimpie en...
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college, jaargang 2001-2002, nr. 4

HET EINDRAPPORT

- Volgende leerling.
- Waar zijn we?
- Bijna onderaan de lijst. Als je je vinger er bij houdt, komt het vanzelf goed. Ik begin met wiskunde...?
- Wie heeft de dobbelstenen?
- Hier, alsjeblieft.
- Van je ene, van je twee-je... een vijf!
- Ik noteer: een vijf voor wiskunde. Dan natuur/scheikunde. Hoe willen jullie dat doen?
- Met de kaarten maar weer.
- Bertus, doe jij dat?
- Ik heb de plaatjes eruit gehaald en jullie pakken allebei een kaart...
- De zeven.
- En ik heb een joker.
- Dan mag je het zelf zeggen.
- Eh... de hoeveelste is het vandaag? De zesde, hé? Doe maar een zes dan.
- Dus zes en zeven is samen veertien, maal drie is afgerond dertig plus voor het vorige rapport twee maal een zeveneneenhalf en de wortel uit het kerstrapport maal wegingsfactor tweederde is... een zes voor natuur/scheikunde. Doen we de talen weer allemaal tegelijk?
- Ja, leuk, gezellig.
- Reinder?
- Okay. Madammes et mesjeus... fettes vos sjeus... Rrrrien ne va plus... Le numéro est huit.
- Dus een zeventje voor de talen. Wie trekt er strootjes voor de overgang?
- Ik.
- Da's niet eerlijk, jij bent net ook geweest.
- Maar het is mijn mentorklas!
- Neehoor, we moeten omstebeurt.
- Omstebeurt! Omstebeurt!
- Toe nou, toe nou, laten we een beetje opschieten anders is de kroeg straks dicht. De volgende leerling...
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college, jaargang 2001-2002, nr. 5
 

CHAT-TAAL

- En hoe was het op school?
- Waswel (:-|
- Eh.... sorry...?
- Gwoon. Niet egt (:-) + niet egt (:-(
- Eh...
- Volgie't nie, ouwe?
- Eh, jawel hoor. Het was niet echt (:-) dus 'plezier', en het was ook niet echt (:-( dus 'verdriet'.
- KE, ouwe, KE!
- Ach, het was een hele investering, de cursus 'chatten voor volwassenen', en soms vergeet ik nog om die symbooltjes op hun kant te lezen en dan lijken het gewoon haakjes, maar al met al loont het toch de moeite.
- Beswel, snappie me t+-ste.
- .........
- Ouwe?
- Jaja, ik ben nog aan het vertalen, + is 'en' en - is 'min', jaja, ik ben weer bij. Maar om terug te komen op school, wat was er dan niet eh... (:-)?
- K vveel me n beetjuh izz vet zaai nx boeiends bleefd geen tij voor mez11.
- Langzaam, je moet wat langzamer gaan. Als je zo snel gaat, kan ik het niet volgen. Je moet bedenken dat toen ik jong was-
- De préhistorie, jah.
- ...er nog helemaal geen chat-taal bestond. Dus ik moet wennen, je moet me wat tijd gunnen voor de vertaalslag.
- Jammuhr da kan k nie op w8uh, k spreek je laturzzz k moe ff MSNuh mzzls doeg.
- Ho!
- Wat nou weer?
- Dat had je ged8. Heb je g1 PW?? En m-st+s 3 anderuh vakk+?? Eerst ff werkuh, jij!!
- Dat kan wel 2morow.
- Nee, 2day!
- Shit!
- Kijk, zo levert dat cursusgeld toch een boel (:-)).
(met dank aan Greetje Hollander en N.K.)
 

© Wil Schackmann, uit ouderkrant Werkman-college, jaargang 2002-2003, nr. 2)