TRANSCRIPTIE van een gedeelte van een brief van Etta vanuit Den Haag aan de Franse minister Lebrun dd 27 november 1792

Deze brief is overgenomen uit het boek Nederland en de revolutie 1789-1795, door Herman Colenbrander. Zie voor meer informatie over dat boek en voor een overzicht van alle er uit overgenomen stukken deze pagina.

Het onderstaande komt van pagina 194 van het boek en er wordt bij vermeld dat de oorspronkelijke vindplaats van de brief Archives Etrangères Hollande 585 is. Zie ook het overzicht van Franse archieven.

Colenbrander laat stukken uit brieven weg, wat wordt aangegeven door puntjes, maar de ervaring met andere brieven heeft geleerd dat soms stukken weggelaten worden ZONDER puntjes te zetten. Dat kan in dit geval alleen in de Archives Etrangères gecheckt worden.

Diezelfde ervaring leert dat RGP1 taalslordigheidjes in de brieven heeft gecorrigeerd. Bijvoorbeeld bij het voorzetsel à (aan, met, voor, enz) laat Etta het accent grave vaak weg, in RGP staat het er altijd. Maar dit is inhoudelijk niet van belang.

Hier is de tekst overgenomen zoals die in het boek staat, waarbij ik voor de overzichtelijkheid regeleindes en interlinies heb ingelast.

De eerste twee alinea's betreffen een verzoek ten behoeve van de vriendin van de voormalige ambassadeur in Parijs Mattheus Lestevenon van Berkenrode. De naam van die vriendin komt voor als Susanna Falqueir en als Françoise Suzanne Foulquier. Zij is geboren te Nantes, zij staat te boek als 'danseuse de la Comédie Italienne' en haar levensjaren zijn 1740-1815. Zij is getrouwd geweest met de italiaanse acteur Carlo Antonio Bertinazzi (1710-1783), die optrad onder de naam Carlin en dat zijn de namen waarmee Etta haar aanduidt.

NB: Etta noemt de ambassadeur haar vriend sinds 22 jaar, wat teruggerekend dus vanaf 1770 zou zijn. Bij andere gelegenheden heeft ze het over de 24 jaar dat ze in Parijs gewoond heeft. De werkelijkheid ligt in het midden, ze heeft van februari/maart 1769 tot november 1792 in Parijs gewoond.


... (het eerste gedeelte van de brief is door Colenbrander weggelaten)

M. de Berkenrode, dernier ambassadeur de Hollande à Paris, m'a chargée, citoyen, de vous renouveller les sollicitations qu'il vous a faites pour la citoyenne Bertinazzi, plus connue sous le nom de Carlin; cette citoyenne se désole, elle a suivi pour un moment un vieillard octogénaire qui depuis 30 ans est habitué a sa société, et en mourra s'il faut s'en séparer; cependant elle est prête a rentrer dans sa patrie.

L'idée d'être prise parmi les mauvais citoyens la fait quitter ce qu'elle croirait devoir au sentiment de l'amitié; comme la complaisante amitié du respectable législateur Reynaud ne se borne pas à moi seule, mais que tous les bons citoyens ont des droits sur son coeur, je viens de le solliciter de vous voir, citoyen respectable, pour la pauvre citoyenne Carlin et voir quels moyens à prendre pour lui procurer un passeport soit pour rentrer sur-le-champ ou rester l'hiver ici, ce qui rendrait la vie a eet estimable vieillard, mon compatriote et ami depuis 22 ans.

Je crains que mes lettres n'arrivent pas, c'est pourquoi j'ai envoyé au citoyen Clavière par le même courrier pour vous, citoyen, le détail de ce qui est décidé par L. H. P. a l'égard du passage de l'Escaut. Ils disent: „Cette rivière nous est garantie par le même traité qui garantit notre indépendance."


Je bent hier: OpeningBronnenRGP1 → pagina 194