AANTEKENINGEN bij het hoofdstuk Domitilla uit Herman Hardenberg, Liefde in de pruikentijd, Den Haag, 1976

In het boek Liefde in de pruikentijd wijdt Hardenberg een hoofdstuk, onder de titel Domitilia, de pagina's 69 tot en met 85, aan Albertine Nyvenheim. Hoewel dit boek veertien jaar na Hardenbergs biografie over Etta verscheen, staat er niets in dit hoofdstuk over de confrontaties tussen de twee. Wel levert het veel informatie over Albertine Nyvenheim markiezin de Champcenetz.

Hieronder mijn aantekeningen bij dat hoofdstuk, waarbij zij voor het gemak wordt aangeduid als AN. Ik heb Hardenbergs verhaal aangevuld met andere bronnen, zodat alle informatie over Albertine Nyvenheim op deze pagina verzameld is.


69
Over de bewondering die AN voor haar schoonheid te beurt viel in Parijs.
Geboren als dochter van de vicepresident van het Hof van Justitie te Kleef en een moeder die zo spilzuchtig was, dat het gezin zich in 1753 moest terugtrekken in de enige overgebleven bezitting, huis te Wiel in de Betuwe.
Hardenberg noemt geen geboortedatum van AN, maar volgens wikipedia is dat 30 oktober 1742.
70
AN groeit echter op bij ene baron van Spaen, volgens geruchten haar natuurlijke vader. Op haar achttiende wordt AN uitgehuwelijkt aan Gerrit Pater, erfgenaam van plantages in Suriname. Na verblijf te hebben gehouden in Den Haag en op een kasteel bij de Duitse grens, gaat het echtpaar in 1762 te Parijs wonen.
71
Op een gegeven moment gaat echtgenoot Pater terug naar Den Haag, AN volgt en er wordt een 'minnelijke schikking' voor een echtscheiuding overeengekomen. Het geld is wel op en in januari 1765 gaat AN weer naar Parijs, waar ze zich de barones van Neukirchen noemt..
72
Volgens Hardenberg (maar die ziet wel vaker relaties waar ze niet zijn) heeft ze intieme banden met minister Choiseul (1719-1785), waaraan ze een jaargeld overhoudt. Na diens val mengt ze zich in de concurrentiestrijd van de diverse maïtresses van Lodewijk XV.
Ze treedt op als huwelijksbemiddelaar voor haar jongere zus Catharina en de 32 jaar oudere hertog van Brancas-Villars.
Zelf krijgt AN toegang tot Lodewijk XV, die haar een appartement in een kasteel schenkt.
73
Volgens Hardenberg hoopte zij met de koning te trouwen.
De Dictionnaire de Biographie Française, Librairie Letouzey et Ané, Parijs, deel 8, 1959, meldt over haar relatie tot de koning: 'Louis XV vieillissant eut la fantaisie de passer une nuit avec elle, apres quoi il la pourvut d'une rente de 12.000 livres.' Voor de volledige tekst over haar in de Dictionnaire zie hier..
74
-- illustratie --
75
In 1774 overlijdt Lodewijk XV.
Juli 1779 gaat AN haar tweede huwelijk aan, met de markies van Champcenetz (1723-1813). Als hij wordt aangesteld als gouverneur van de Tuilerïeën, gaat zij als markiezin de Champcenetz dat paleis bewonen.
Twee van haar broers Evert Jan van Neukirchen en Berend van Neukirchen, en hun vader treden in Nederland toe tot de patriotten.
76
Daarom spannen AN en haar zusje Catharina zich in om Frankrijk te doen ingrijpen na de Pruisische inval in 1787. Dat mislukt dus en een van haar broers moet uitwijken naar Frankrijk.
Direct na de bestorming van de Bastille op 14 juli 1789 verlaat een groot deel van de vriendenkring van AN Frankrijk.
77
Ook AN vertrekt uit Parijs en vestigt zich te Rome, waar het leventje van de gevluchte adel door gaat. In juni 1790 komt ze een tijdje terug naar Parijs en ook later is ze er af en toe.
78
-- illustratie --
79
Ze biedt de kleinzoons van Lodewijk XV geld aan voor het leger waarmee ze Frankrijk willen aanvallen.
Door de Wet op de émigrés moeten zij en haar echtgenoot in april 1792 in Frankrijk gaan wonen, om te voorkomen dat hun bezittingen verbeurd worden verklaard.
80
Februari 1790 wordt AN opgepakt en in de gevangenis gezet, maar na de val van Robespierre komt ze weer in vrijheid.
81
Inmiddels niet meer rijk maakt ze aanspraak op Surinaamse bezittingen van haar eerste man.
82
Dat levert niets op. In Frankrijk blijft zij ijveren voor een terugkeer van het koningschap.
83
Dat gekonkel levert haar in februari 1802 weer een arrestatie op, waarna zij meteen het land wordt uitgezet en naar Nijmegen trekt. In december van hetzelfde jaar mag ze al weer terug.
84
Ze gaat in Fontainebleu wonen.
85
Daar overlijdt zij 24 december 1805.



De bronvermeldingen achterin het boek leveren niets bijzonders op.


Je bent hier: OpeningBronnen → Liefde in de pruikentijd